Schilderwerken Tifosa en co

Vorige week zaten de echtgenoot en ik een weekje in schildermodus. Aangezien hij thuis was, heeft hij het leeuwendeel op zich genomen, maar tijdens mijn vrije momenten was ik zijn hulpje. Wij hebben hier een zeer duidelijke taakverdeling: de echtgenoot lijnt af, ik zorg voor het grove rolwerk. Intussen zijn we – 10 jaar na onze eerste schilderervaringen – aan de tweede lagen begonnen. Eerlijk, we zijn een goed (schilder)team en eigenlijk vind ik het gewoon leuk om te doen. In beperkte dosissen uiteraard. Zo’n weekje per jaar ;-).

Je moet even niet nadenken. Mijn hoofd staat even stil terwijl ik met de rol aan de slag ben en probeer bij te houden welke plekken ik al gehad heb en waar ik nog verf moet opsmeren. Wat uiteraard evident is en makkelijk te zien als je de muren een kleurtje geeft, maar net iets moeilijker bij het witverven van het plafond.

Ik geniet van de fysieke moeheid achteraf. Je voelt dat je gewerkt hebt. Je lijf is uitgeput en dus slaap ik ook gewoon makkelijker. De zaligste douches neem je trouwens na een dag fysieke arbeid, dan voel je de vermoeidheid samen met het water zo van je afglijden.

Je ziet onmiddellijk resultaat. Je werk levert meteen op. Zelfs de eerste laag maakt al een wereld van verschil. Hoewel het volgens de echtgenoot eigenlijk nog niet nodig was, had de vorige verflaag toch geleden onder twee opgroeiende kindjes. Hier en daar stonden handjes en vingertjes en blijkbaar zijn deuren ontzetten moeilijk te openen, want de muren ernaast waren niet om aan te zien.

Maar langs de andere kant durft mijn perfectionistisch kantje het ons ook bij het schilderen wel eens onnodig moeilijker maken.

Ik stel mezelf doelen en durf dan wel eens over mijn eigen grenzen gaan om de eindmeet uit mijn hoofd alsnog te halen. Zo had ik op mijn vrije dag graag het plafond afgewerkt (check) en de muren ook al een eerste laag gegeven. Maar aangezien we met 2 verschillende kleuren werkten, was dat eigenlijk onrealistisch. We zijn er in geslaagd om de muren al een eerste keer met het lichte grijs te schilderen, maar we hebben daarvoor wel ferm doorgetrokken. Tegen 19 uur was ik fysiek op en zag ik ook wel in dat we de donkere kleur niet meer zouden halen. Terwijl de echtgenoot de laatste details aan het afronden was en ik op hem aan het wachten was om er een laatste keertje met de rol over te gaan, ging mijn kaars ineens uit.

Ik zie alles en ik ben (te) streng. Een plekje overgeslagen? Ik heb het gezien en zal er nog eens overgaan. Zo hadden de kinderen in onze tuinkamer na amper een paar weken al krassen gemaakt op de muur naast de buitendeur. Onze dochters zijn van de nonchalante soort en durven na school al eens een muurtje raken met de boekentassen. Ik had het uiteraard gezien en telkens ik de muur passeerde, vond ik het zo jammer van ons werk. En dus nam ik deze gelegenheid te baat om ook die paar stukken muur in de veranda terug bij te werken. Eerst was ik nog bang dat je verschil zou zien (en dat ik het dus eigenlijk erger zou maken) maar dat was gelukkig niet het geval. Opgeruimd staat netjes en het deed wonderen voor mijn gemoedsrust.

Focus! Terwijl ik nog met het ene bezig ben, begin ik al nieuwe plannen te maken. Tegen vrijdagavond wisten we dat we zaterdagmiddag zouden klaar zijn met het schilderwerk. In plaats van tevreden te zijn en het de rest van het weekend rustig aan te doen, begin ik dan te denken dat we toch de meubels niet zomaar kunnen terugplaatsen, dat ik die misschien beter eerst eens deftig kuis. Om een lang verhaal kort te maken: ik heb tot zondagavond gekuist. Uitgeteld was ik maar de muren en het plafond schitteren en ook de meubels blinken als nieuw. Zelfs de vloermat is gewassen. Nu nog droog raken en dan kan ze haar plek binnen weer innemen.

Maar genoten dat ik intussen al heb. Telkens ik onze woonkamer binnen kom, vind ik het ongelooflijk schoon en ben ik trots op onszelf. Dat het aflijnen van de echtgenoot quasi perfect was. Dat de nieuwe kleuren toch écht wel een verbetering zijn. Dat je toch hard het verschil ziet met vroeger. Dat ik nog altijd een beetje last heb in de pols en de schouder, neem ik er dan ook bij. Mijn hoofd mag de bijna 43 levensjaren op mijn teller af en toe eens uit het oog verliezen, mijn lijf zal dat nog wel even laten voelen ;-).

Advertentie