Moderne communicatie

Toen de Italiëreis van de echtgenoot dichterbij kwam, hebben we hem een nieuwe smartphone gekocht, zodat we tijdens zijn lange afwezigheid ook op de “moderne” manier met elkaar zouden kunnen communiceren. We installeerden WhatsApp en de oudste maakte ineens een familiegroep aan, zodat we onderling foto’s zouden kunnen delen. De eerste dagen van zijn afwezigheid had de jongste rapport en zat de oudste ook op schooluitstap in Trier. En dus deelde de jongste de foto’s van haar rapport via onze familiegroep, de oudste postte een paar sfeerbeelden uit Trier.

Maar het liep niet altijd van een leien dakje: je moet immers een internetverbinding hebben om met elkaar te kunnen communiceren via WhatsApp. Als je onderweg bent, lukt het dus niet. En dus duurde het toch een paar uurtjes eer ik het rapport van de jongste zag, aangezien ik op de baan was voor een meeting. Ook de echtgenoot kende toch regelmatig internetproblemen. Het blijft moeilijk om een (goede) internetconnectie te vinden als iedereen uit een omvangrijke groep op hetzelfde moment (bij aankomst in het hotel) online wil gaan. En dus had de echtgenoot wel eens 4G nodig om het rapport van de jongste te kunnen zien, of om ons foto’s te tonen van zijn daguitstappen.

Maar af en toe lukte het toch. En dan belden we zelfs al eens via WhatsApp, zodat we elkaar konden zien. Maar of ik daar zo’n fan van ben, weet ik eigenlijk niet. Het is raar om elkaar te zien en het vervangt het echte contact niet. Ik kon de echtgenoot dan wel zien, maar ik kon hem niet knuffelen of een kus geven en dat waren toch de dingen die ik het meeste miste: het échte contact. En blijkbaar vonden we van elkaar vooral dat we er moe uitzagen en dat is niet helemaal geruststellend als je zo ver en zo lang uit elkaar bent. Misschien word ik alsnog fan als de verbinding en het beeld een update krijgen en je elkaar “goed” kan zien.

moderne communicatie

(www.loesje.nl)

En dus hielden we het vooral bij het ouderwetse sms’en en bellen. Gewoon een berichtje met de melding dat het een goede nacht of een fijne dag was geweest, krijg ik eigenlijk het liefst. En als we elkaar een tijdje missen, dan hoor ik af en toe graag zijn stem. En daar hoeft voor mij niet meteen beeld bij. Je hoort meer nuances in de stem als je niet afgeleid wordt door het beeld, vind ik. Maar nu lachen de dochters me wel vierkant uit. “Nu klink je echt wel oud hoor, mama!”

Ach, misschien moeten we het hele gedoe nog maar eens een nieuwe kans geven. Ooit. Maar voorlopig hou ik het maar op het ouderwetse knuffelen en kussen. Zonder virtuele en andere internettoestanden. Want er gaat toch niks boven het échte contact…

Advertentie

Duurzame smartphone?

De laatste tijd merk ik hoe langer hoe vaker dat mijn smartphone mij wel eens in de steek durft laten. Niet in het “smart”-gedeelte, maar vooral in het “phone”-gedeelte. Ik merk dat ik telefoontjes mis zonder dat er een gemiste oproep te zien is. Of ik krijg een mailtje van een vriendin waarin ze me vraagt of alles wel in orde is, aangezien ik niet antwoord op sms’jes van een aantal dagen eerder, die ik dus nooit gehad blijk te hebben. Of ik probeer een collega te sms’en dat ik al op de plek van afspraak ben, maar in plaats van te verzenden, krijg ik een zot draaiend wieltje te zien.

Intussen weet ik al dat ik mijn smartphone dan gewoon even aan en af moet zetten. Meestal komt er dan ineens een lading sms’jes binnen en zie ik toch een paar gemiste oproepen – vaak zelfs van dagen eerder – opduiken. Echt handig is dat niet, maar laat ons zeggen dat ik van de nonchalante soort ben en dat ik het eigenlijk niet zo erg vind om af en toe eens onbereikbaar te zijn. Bovendien kan je mij altijd nog bellen of sms’en via de echtgenoot of de kinderen.

Maar de laatste weken begon het toch wel érg vaak voor te vallen. En miste ik al eens een berichtje waar ik op zat te wachten. Bovendien kan ik niet overschakelen van wifi naar 4G en ook dat is soms lastig. Zeker omdat ik de afgelopen weken een paar keer een professionele afspraak had in een stad die ik niet kende en dan kan het handig zijn als je snel even iets kan opzoeken. En als je vaak met het openbaar vervoer reist, weet je bij vertraging soms sneller wat er aan de hand is als je de website van de NMBS raadpleegt dan als je moet wachten op een mededeling in het station…

We trokken dus met mijn Samsung S5 mini naar de winkel waar ik hem pas anderhalf jaar geleden kocht. Mogelijk ligt het aan mijn sim-kaart. Dat was immers (ook) nog een prehistorisch geval, dat zelfs al een keer geknipt was (wegens te groot voor de nieuwe generaties smartphones). Maar de Proximus-vertegenwoordiger gaf zelf al aan dat hij daar niet echt in geloofde. Blijkbaar zijn mijn problemen een vaak voorkomend symptoom van mijn type en verkopen ze de toestellen daarom intussen ook niet meer. Toen ik vroeg wat ik dan geacht werd te doen, werd mij meegedeeld dat ik ‘m kan laten opsturen. Ik ben ‘m dan allicht wel kwijt voor 3 tot 6 weken. Bovendien was het toestel bij andere klanten tot 4 keer naar de hersteldienst verzonden zonder oplossing vooraleer ze uiteindelijk toch een nieuw toestel konden krijgen.

Vanmorgen hoorde ik op het nieuws dat er te veel elektronisch afval is in ons land en dat er veel te weinig gerecycleerd wordt. Ik moest eens goed lachen. Wij hebben hier inderdaad ook nog een Nokia 3310 liggen als reservetoestel. Dat ding is intussen minstens 12 jaar oud en dat belt en sms’t nog altijd. Maar mijn hippe, amper één jaar oude, Samsung S5 mini blijkt het al op te geven en dan word ik als klant van het kastje naar de muur gestuurd, kan ik de komende 6 maanden mijn gsm voltijds stallen bij een hersteldienst om daarna – heel misschien – uiteindelijk toch een nieuw toestel te krijgen. Terwijl ik ditmaal écht wel zorg gedragen heb voor dat ding en het NIET heb laten vallen.

Het grappige is dat ze ons in de winkel elke keer opnieuw meelijwekkend aankijken: “met wat voor voorbijgestreefd ding kom je hier nu weer af”. Ik zag de verkoper denken “koop toch gewoon een nieuw toestel”. “Dat opsturen naar de hersteldienst, begin er niet aan, dat is een zwart gat: het komt nooit terug zoals het was.” Awel, dat geloof ik ook, maar mijn toestel is nog onder garantie. Ik wil gewoon een werkende telefoon. Toen ik dan nog hoorde dat de gemiddelde levensduur van een smartphone 2 jaar is (TWEE jaar) viel ik helemaal achterover. Ik heb mijn toestel (in mijn ogen) nog maar net gekocht en het is al ten dode opgeschreven.

Ten tweede vertik ik het om 800 of 1.000 euro uit te geven voor een iPhone, die dan misschien wel beter/langer werkt, maar ook weer voorbijgestreefd is binnen 2 jaar. Ja, noem mij maar ouderwets, maar 800 euro dat zijn 32.000 oude Belgische franken. Voor een ding waarmee je telefoneert… Sorry, maar weet je hoeveel kleren je daarmee koopt? Hoe vaak je daarmee op restaurant kan? Een kwestie van prioriteiten in je leven.

Misschien moet ik ineens gewoon voor die nieuwe Nokia 3310 gaan. Een prehistorisch geval voor een dinosaurus ;-).

technologie

(www.someecards.com)