Soms zijn er zo van die dagen dat alles in de plooi valt. Dinsdag hadden beide dochters een dagje vrij na hun examens en gingen we een dagje shoppen. Met 4 tieners beleefde ik een fijne dag. Er werd getaterd, er werd geshopt, er werd gelachen en veel genoten. Van het gezelschap, dat na een beetje gewenning perfect ineen klikte. Waar we ’s morgens nog twee paartjes hadden, keerde ik ’s namiddags met een fijn viertal terug huiswaarts.
Bovendien was er daarna nog een lagere school-reünie voor de oudste. 4 jaar zijn ze intussen allemaal hun eigen weg gegaan. Zitten ze op verschillende scholen, in verschillende richtingen. En toch houden ze eraan om jaarlijks nog minstens een keertje terug samen te komen. Dan is het 10 minuten wat vreemd, wat aftasten, maar daarna vliegt de tijd voorbij. Dan wordt er gebabbeld, gegiecheld, geposeerd en gepost. Dan lijkt het opnieuw alsof de tijd heeft stilgestaan, alsof het gisteren was toen ze nog samen de schoolbanken deelden. Dan zie je gewoon 6 meisjes die elkaar goed kennen, plezier hebben samen en het fijn vinden om in elkaars gezelschap te zijn.
De mama zit dan samen met de echtgenoot in een andere kamer en doet alsof ze een boek leest. In werkelijkheid geniet ze stiekem van het gezelschap in huis, doen het gegiechel, de lachsalvo’s, de plagerijtjes en het gefluister haar ook deugd. Ze kijkt naar haar dochters en kan niet trotser zijn op de manier waarop ze in het leven staan: op hun vriendschappen, op hun gehechtheid aan elkaar en hun vriendinnen. Wanneer de meisjes dan ’s avonds, als het huis opnieuw leeg is, verzuchten dat het zo’n fijne dag was en moe en tevreden in hun bed kruipen, is ook de mama gelukkig.
Het was een dag met een gouden randje. Van genieten van de kleine dingen. Een dag waarop opnieuw bleek dat geluk niet te vinden is in het hebben, maar in het beleven en het delen. Die avond ging ook de mama slapen met een warm gevoel en was de trieste realiteit heel eventjes mijlenver weg.