Sporty Girl

Op dinsdag is het tijd voor een blogstokje. Deze “Sporty Girl Tag” vond ik bij kellycaresse.nl maar hij is op mijn lijf geschreven. Zeker nu de fietsmicrobe mij voorlopig weer helemaal te pakken heeft.

sport_mini

Eentje uit de oude doos, maar zo ziet het er dus uit 😉

Wat voor sport beoefen je?

Ik fiets en ik wandel. Fietsen doe ik op de hometrainer, wandelen van en naar het werk en tijdens mijn middagpauze, maar alles bij elkaar is dat toch goed voor zo’n 8.000 à 10.000 stappen gemiddeld per dag.

Hoeveel uur per week sport je gemiddeld?

Ik fiets gemiddeld zo’n 4 à 5 keer per week. In het weekend haal ik (ochtend)sessies van 2 uur, tijdens de week beperken mijn avondsessies zich tot 1,5 uur per keer. Ik denk dat ik de laatste weken toch zo’n 7 uur per week fiets. Het minimum dat ik mezelf opleg (als ik eenmaal echt terug in de routine zit) is zo’n 4 à 5 uur fietsen per week. Dat het nu vlot meer is, komt ook door de lange weekends waar we in mei van konden genieten. Meer vrije dagen betekent meer ochtendtrainingen en dus langere sessies.

Eigenlijk schrik ik hier zelf een beetje van. Ik weet dat ik zo’n 4 à 5 keer rijd, maar ik bekijk dat écht per sessie. En dan is het maximum op dit moment 2 uur. Maar als je je sporturen dan effectief bij elkaar optelt, dan is 7 uur per week toch al een redelijk serieus gemiddelde.

Sport je liever alleen of met anderen samen?

Ik sport het liefst alleen. Voor mij is sporten echt wel competitie, maar dan met mezelf. Ik vind het fijn om mijn grenzen te verleggen. Dat kan door langer te trainen, of door de gewenste afstand zo snel mogelijk af te leggen, of in het vooropgestelde tijdsbestek zoveel mogelijk kilometers te malen. We hebben intussen al een dikke 10 jaar een hometrainer in huis en sindsdien ben ik eigenlijk nooit meer naar de sportschool  of fitness geweest. In het begin was een hometrainer in huis pure noodzaak als ik wou sporten. Met jonge kinderen in huis slaagde ik er veel te weinig in om 2 trainingen per week te halen, wat toch wel het minimum is als je de kostprijs van je abonnement eruit wil halen. Maar intussen ben ik niet anders meer gewend en zou ik het zelfs een beetje vreemd vinden om “in gezelschap” te sporten. Alhoewel ik hier in huis ook nooit alleen ben, natuurlijk.

Wat doe je als je geen zin hebt om te sporten? Bedenk je liever 100 smoesjes of kun je jezelf toch motiveren?

Er zijn perioden in het jaar dat ik geen zin heb om te sporten en dan is elk excuus goed om de hometrainer stof te laten vangen in ons bureau. Maar als ik eenmaal terug in de flow zit, begin ik het gewoon te missen als ik eens een paar dagen niet train. Dan heb ik geen smoesjes nodig, dan vraagt mijn lijf gewoon om training. Er zijn natuurlijk avonden dat ik toch te moe ben om op de fiets te kruipen, of dat denk ik dan toch, maar eens je begonnen bent, blijkt het toch nog goed mee te vallen. Op andere momenten voel ik me klaar om er volledig tegenaan te gaan en dan blijkt het toch een moeizame rit te worden. Fietsen is onvoorspelbaar, maar achteraf voel ik me altijd beter. Uitgeteld, maar op een fijne manier. En daar doe je het uiteindelijk toch voor.

Heb je een sportblunder die je kunt benoemen?

Allicht wel, gezien de vele stommiteiten die me in het normale leven al spontaan overkomen. Dat zal zeker ook al tijdens het sporten zijn gebeurd, maar ik kan me er momenteel geen voor de geest halen. Op die keer na dat ik mijn eerste hometrainer (een goedkope versie uit de Macro) al binnen de paar maanden volledig kapot reed. Weerstand geknapt. Niet meer te herstellen en dus hebben we daarna een meer professionele variant in huis gehaald. Intussen zitten we al aan de derde – ditmaal een spinbike – maar gezien de uren die ik erop spendeer en de kilometers die ik trap, was het zijn investering wel waard.

Waar kun je je echt aan irriteren tijdens het sporten?

Als het zo’n avond wordt dat het niet wil vlotten. Dan doe ik toch voort en wil ik per se mijn uurtjes of kilometers halen, maar dan is het gewoon een zenuwslopende sessie. En dan kan ik ook een ferme zaag spannen. “Alles doet pijn, ik zit niet goed, het trapt niet goed, het gaat veel te traag, ben ik echt nog maar 20 minuten ver…”

Ben je van de sportieve gadgets en hypes zoals een activiteitenmeter, speciale apps op je telefoon  of een hartslagmeter?

Ja en neen. Ik heb een stappenteller op mijn smartphone, maar daar houdt het ook bij op. Tijdens het fietsen registreer ik mijn hartslag niet of hou ik geen gegevens bij. Ik volg alleen op het schermpje van de hometrainer het aantal minuten, het aantal kilometers en het aantal calorieën dat ik verbrand tijdens zo’n sessie. Ik kan je geen schema’s, overzichten of gemiddelden geven, ik train op gevoel en luister naar mijn lijf. Als dat zeer doet, is het genoeg geweest.

De laatste weken zit ik echt wel in een fietsflow. Het lukt goed, ik maal vlot mijn kilometertjes af en het is ook gewoon aangenaam. Dat het weer de laatste weken ook echt schitterend was, is zeker en vast een enorme hulp. Het is fijner als je onder een stralend zonnetje je sportieve inspanning kan leveren. Al leer je wel snel dat je je dan best ook kan insmeren, want zelfs in de schaduw staat je trainingsoutfit na die paar uurtjes toch in je schouders gebrand.

En als je mij nu wil excuseren, ik had deze avond nog een sessie gepland! Kwestie van het ritme erin te houden nu we toch grenzen verleggen 😉.

Advertentie

Klein (muziek)geluk #11

Wij hebben hier alles uit de zonovergoten (vorige) week gehaald wat we maar konden. Voor mij is het leven zoveel beter, schoner, optimistischer en energieker als de zon schijnt. Ergens had ik gehoopt dat het zalige zomerweer zou blijven tot ergens in oktober, maar het is wat het is. Zelfs in deze sombere dagen gloort er ergens toch nog een beetje klein geluk.

20180419_214558[1]

  • Niet één, maar drie concerten op amper 4 dagen tijd! Dat is ontzettend veel muziekgeluk 😉.
  • Ik was er dus bij op “het optreden van het jaar”, zijnde Arcade Fire in het Sportpaleis. Het was een goed optreden, maar mijn top tien haalt het niet. Ik heb dan ook al ontzettend veel steengoede optredens gezien.
  • Voor, tijdens en na het optreden bijpraten met een goede vriendin, die ik al veel te lang niet meer gezien had.
  • De echtgenoot trad liefst twee keer op tijdens het weekend, één keer als drummer, één keer als zanger. Het waren twee uitstekende performances. Gezellig en geweldige ambiance. En hij deed dat twee keer met verve, zei de verder totaal objectieve groupie. Meer van dat!
  • De deejay na het optreden van de echtgenoot draaide geweldige (oude) muziek, uit onze jeugd. Grappig dat we intussen blijkbaar al zo oud zijn dat onze muziek terug hip is.
  • Het zonnetje.
  • Zomerjurkjes dragen!
  • Pumps aan je voeten! Jammer genoeg zitten we intussen terug in de nylon-fase.
  • Eten met ex-collega’s. Bijpraten en herinneringen ophalen is altijd plezant.
  • Misschien moet ik “eten” tout court vermelden. Het is ijsjestijd!
  • Mijn kopje Caffe Latte ’s morgens. Ik heb intussen al veel koffie geproefd, maar geen kopje smaakt beter dan dat allereerste ’s morgens.
  • Grapjes uithalen met de echtgenoot en de dochters. You win some, you lose some 😉.
  • We hebben terug Granooolala (cacao & almonds) in huis. Mijn ontbijt is terug een pak smakelijker!
  • ’s Middags je boterhammen opeten in het park in het zonnetje.
  • Met een meeslepend boek op de trein wachten in een stralend zonnetje.
  • Regenbuien doorheen de dag, maar wel droog van en naar je trein raken.
  • Shoppen met de meisjes.
  • De rust van de ochtend alleen beneden vooraleer de rest van het huis ontwaakt.
  • De fietsroutine die geweldig goed loopt de laatste weken. Deze morgen 101 minuten en 70 km. En ik zat zo in de flow dat ik zelfs nog had kunnen doorgaan.
  • Dankzij het nieuwe fietszadel ben ik net iets minder stijf na het trainen.
  • De fantasy-liefde toch kunnen delen met de dochters. Van deze éne reeks toch. Of er een vervolg komt, laat ik voorlopig nog even in het midden.
  • “Love, Rosie” kijken met de dochters en samen een traantje wegpinken op het einde. Ook al was het hopeloos voorspelbaar en een beetje (veel) zeemzoeterig.

Het lijkt erop dat mijn sociaal leven terug wakker geschoten is na een (zelfgekozen) winterslaapje. Maar het deed deugd! Laat de zomer en de zon maar snel terugkomen, wij zijn hier vol enthousiasme klaar voor terrasjes, optredens, een drankje, een hapje en veel gezelligheid.

Stap voor stap gezonder (4)

Intussen zitten we al in de vierde week van de goede voornemens en komen we stapje voor stapje dichter bij dat gezonde leven. De trap nemen in plaats van de lift kunnen we intussen al een nieuwe gewoonte noemen. Ik denk er intussen al niet meer over na: ik loop de lift zonder nadenken voorbij en stap gezwind (😉) naar boven, intussen zelfs al tot de zesde verdieping. Gelukkig blijft de zesde etage de uitzondering die de regel bevestigt, ik mag er nog niet aan denken dat dat ooit een dagelijkse gewoonte wordt.

Het vroeger gaan slapen hebben we al na een week opnieuw begraven. Momenteel heb ik verlof, dus haal ik met gemak mijn nodige slaapuren, maar dat is niet omdat we op tijd ons bed induiken. Wel omdat het deze week zonder problemen lukt om wat langer te blijven liggen. Ik vrees dat dit nooit een gewoonte zal worden, vooral ook omdat ik er tot op heden niet echt een probleem in zie. Zo laat gaan we nu ook weer niet slapen (op hier en daar een uitzondering na) en voorlopig lukt het om in het weekend voldoende slaap in te halen.

Vorige week nam ik me voor om eindelijk ook het fietsen weer op te pikken. Dat was intussen al een aantal maanden geleden: de hometrainer stond hier de voorbije periode voornamelijk stof te vergaren in onze oude bureau, de moderne vergeetput ten huize Tifosa. Als gebruiksvoorwerp wil je er dus liever niet terecht komen. Vorige week nam ik me voor om mijn hometrainer deze week minstens 3 keer een half uur in dienst te nemen.

Het werd een homerun met de hometrainer 😉. Drie keer werd de fiets uit zijn winterslaap gehaald en gelukkig bleek ook mijn conditie de paar maanden roestige rust best te verteren. Tijdens mijn eerste trainingsritje lukte het al meteen probleemloos om een halfuurtje rond te fietsen en dus deed ik er nog een kwartiertje bij. En nog eentje. Omdat ik voor de eerste keer niet wou overdrijven, heb ik na 60 minuten afgeklokt. Voor rit twee en drie werd de hometrainer buiten in het zonnetje gerold en opnieuw ging het trainen bijzonder vlot en maalde ik zonder problemen een uurtje vol. Dat het zonnetje ongenadig brandde en ik dus alweer met een schone (rode) tekening op de rug kan pronken, namen we dan maar voor lief.

Maar ik zal dit ritme nog minstens twee weken vol moeten houden vooraleer we stilaan terug van een gewoonte kunnen spreken. Deze (vakantie)week zal dat allicht geen probleem vormen, maar lukt het daarna om het fietsen te blijven combineren met alle andere uitdagingen op mijn pad? Het begin is er, nu nog volhouden.

20180329_124012[1]Welke goede gewoonte wil ik deze week toevoegen? Ik wil al een tijdje proberen om eens “echt” vegetarisch te koken. En dus niet zomaar een maaltijd bereiden waarbij ik het vlees van de huisgenoten simpelweg vervang door een vegetarisch alternatief. Ik wil proberen om een volwaardige groentenmaaltijd te bereiden. Eentje die vult en smaak heeft. Zo had ik al een tijdje “Plenty” van Ottolenghi in huis gehaald ter inspiratie. Maar dat boek heeft tot nog toe vooral mijn boekenkast versierd en héél weinig geïnspireerd. Deze verlofweek lijkt mij het ideale moment om daar verandering in te brengen, tussen het fietsen, het trappenlopen en het voldoende slapen door. Een makkie, niet?

 

Stap voor stap gezonder (3)

Nadat we in plaats van de lift de trap besloten te nemen, had ik me vorige week voorgenomen om wat vroeger mijn bed in te duiken. Vooral om de naweeën van dat verdomde zomeruur wat te compenseren. Daar waar ik intussen nog steeds trouw de trap neem in plaats van de lift, moeten we bekennen dat het op tijd gaan slapen niet zo van een leien dakje liep.

De eerste dagen van de week hield ik me nog enigszins aan mijn voornemen en dook ik een half uur (dag 1) en toch wel de 5 volle minuten (dag 2) eerder dan normaal mijn bed in. Maar vanaf woensdag was het alweer om zeep. Op woensdag is het namelijk Extra Time wielrennen en dus bleven we net iets te lang voor tv hangen. En dat was ook de daaropvolgende 4 dagen het geval. Al konden we de laatste 3 nachten natuurlijk uitslapen en deden we dat ook (min of meer).

Hoe vaak ik me ook zal voornemen om op tijd te gaan slapen, ik weet intussen al dat ik dat nooit langer dan een paar nachten volhoud. Eigenlijk tot ik een keer doorslaap en het gevoel heb dat ik min of meer uitgerust ben. Daarna denk ik dat ik de wereld weer aan kan en dan is hetgeen er op tv te zien is interessanter dan voldoende nachtrust. Enfin, story of my life, ik vrees dat dit nooit meer zal veranderen. Zolang ik in het weekend maar kan bijslapen voel ik ook te weinig de nood om hier iets aan te veranderen. Weg voornemen dus, hier maken we een kruis over 😉.

Maar intussen gaat het traplopen wél nog steeds bijzonder vlot. Zo goed zelfs dat ik deze week – toen ik een afspraak had op de zesde verdieping – bij mezelf dacht “laat ons eens zot doen”. En dus nam ik de trap, hoewel ik mijn grens toch wel op vijf verdiepingen had gelegd. Maar wat is nu eentje extra? Enfin, we zijn er dus geraakt. Ik heb op de vijfde etage wel even de tijd genomen om uit te hijgen en op adem te komen, maar we haalden onze vergadering op het zesde, en we waren op tijd. Dat je het eerste kwartier dan geen bijdrage kan leveren wegens compleet buiten adem, neem je voor lief. Stiekem begin ik al te dromen dat zelfs de negende verdieping, onze toekomstige werkplek, zonder lift haalbaar zal blijken.

Nu we op dat vlak toch goed bezig zijn, wil ik er nog een schepje bovenop doen. Ik wil vanaf nu proberen om het fietsen ook terug op te pikken. Ik heb me voorgenomen om deze week drie keer een halfuurtje proberen te fietsen. Dat kan binnen op de hometrainer. Maar het mag gerust ook buiten als het weer het toelaat. We beginnen bescheiden. Zeker in vergelijking met nog maar een paar maanden geleden. Toen haalde ik vlotjes 4 à 5 keer per week 60 à 90 minuten. Maar we bouwen op. Beetje bij beetje, stapje voor stapje, trap voor trap.

PS: Altijd al geweten trouwens dat ik beter ben in mezelf moe maken dan in daadwerkelijk slapen 😉.

Stap voor stap gezonder

Ik had dit jaar geen goede voornemens gemaakt. Ik ken mezelf intussen al, ik weet dat het maar een paar dagen duurt om dat soort zotternijen uit mijn systeem te krijgen. Maar ergens diep in mijn achterhoofd wou ik in 2018 toch gezonder gaan leven: meer bewegen, minder vlees eten en minder toegeven aan de smartphone-verslaving.

Wat de beweging betreft, moet ik toegeven dat mijn hometrainer intussen al maanden stof staat te vergaren in onze vroegere werkkamer, ik kom eigenlijk niet meer zo veel aan fietsen toe. (Dat het zadel scheef getraind is, helpt ook niet bepaald.) Alhoewel, zo dramatisch is het nu ook weer niet gesteld: ik stap ’s morgens en ’s avonds een eindje van en naar het station. Goed voor een wandeling van een dik kwartier. Om één of andere bizarre reden stap ik ’s avonds trouwens altijd sneller dan ’s morgens. Ik heb nog niet kunnen uitmaken of dat te maken heeft met “wind mee” of “wind tegen”, maar het is een vaststaand feit. In ieder geval heb ik dus al minstens een half uur beweging per dag.

Vorig jaar las ik ergens dat het drie weken duurt om van een voornemen een gewoonte te maken. Om alles behapbaar te houden, ga ik kleine stapjes zetten. Week per week zal ik werk maken van één ding dat mijn leven “gezonder” zal maken. Deze week wil ik me concentreren op  zoveel mogelijk extra beweging. En omdat je klein moet beginnen, neem ik me deze week voor om telkens de trap te nemen in plaats van de lift.

Dat lijkt een eenvoudige uitdaging, maar ik werk wel op de derde verdieping en het zijn naar verluidt 24 stappen per etage. Dat wil dus zeggen dat ik minstens 2 keer 72 stappen extra zal zetten per dag. Met middagpauze erbij 4 keer 72 stappen extra. Over het omlaag gaan maak ik me niet echt zorgen, maar het stijgen zal best pittig worden. En echt aangenaam is het niet om buiten adem aan je dag te beginnen. Ik kan er natuurlijk ook voor kiezen om aan mijn computer te lunchen en me zo toch 144 stappen te besparen, maar het is deze week niet de bedoeling om al uitwegen te zoeken.

Traplopen dus, 288 stappen extra. Zucht. Morgen beginnen we eraan. Ik ben al buiten adem van er alleen maar aan te denken :-(. Maar tegen zondag zijn we er vast aan gewend en stellen die extra stappen niks meer voor. Toch 😉?

gezond

(www.someecards.com)

Klein geluk #6 – de lenteversie

Ik weet niet of u vandaag al buiten bent geweest, maar het is warm en aangenaam! Het ideale moment voor een portie klein (lente)geluk.

De eerste keer 15 graden. Wat een zalig gevoel als je voor het eerst na een lange grijze winter en een periode van intense vrieskou voor het eerst geen winterpull hoeft aan te trekken. Om de zon voor het eerst terug met warmte te voelen. En dan te beseffen dat we dit soort temperaturen dagelijks beleefden, op zomervakantie in Noorwegen vorig jaar. De eerste echte lentedag, wat doet dat ongelooflijk deugd. Het geeft meteen zin in koude schotel en ijsjes 😉.

De allereerste narcisjes. Ze waren er in onze tuin al een paar weken, één klein bosje koppige bloemetjes. Ze hebben de vrieskou overleefd. Ternauwernood, want ze zagen er toen zo verrimpeld en zielig uit. Maar kijk, een weekje betere temperaturen en ze leven weer op. Bovendien ziet het ernaar uit dat ze binnenkort wel eens (veel) gezelschap zullen krijgen. Er duiken overal knoppen op en onze tulpen in het gazon steken ook terug hun kopjes op. Laat maar komen, hoe meer hoe liever, maar wel veel liefde voor die kleine, koppige narcisjes die al een paar weken in hun eentje het lentegevoel hoog hielden.

Een mooie bos tulpen in huis. Ik ben dol op tulpen en ik keek al een paar weken uit naar een mooie bos bloemen, maar de kwaliteit viel een beetje tegen. Of ik was gewoon te laat voor de schoonste bloemen, dat is ook een mogelijkheid. Maar woensdag was ik op tijd en waren de bloemen ook gewoon mooi. En dus kozen we gele tulpen, “voor het lentegevoel”, zei de oudste. Sindsdien maakt mijn hart elke keer een lentesprongetje als ik de vaas tulpen passeer. Het geeft instant lentegevoel en het zet aan tot opruimen, tot schoonmaken, tot een nieuwe start. Al slaag ik er al dagen in om dat gevoel te onderdrukken 😉.

De was droogt buiten. Na een hele winter droogrekjes vol natte kledij in onze veranda, hangt de was weer buiten te drogen. Dat gaat een pak sneller, ruikt een pak frisser (naar lente en buiten) en strijkt ook een pak makkelijker. Ook al moet je soms alle hens aan dek zetten om tijdens een regenbuitje alles zo droog mogelijk in te halen. Het rekje staat er nog, maar wat kijk ik uit naar het moment dat we dat weer even kunnen opbergen.

De eerste fietstocht. Het is intussen verschrikkelijk lang geleden dat ik nog buiten op een fiets zat, maar die eerste rit na de winter is altijd de fijnste. Een flauw zonnetje dat aanvoelt alsof het 30 graden is, wind in je haren en tijd hebben om de omgeving te spotten op lentebloemetjes. Dat je de dagen erna nog véél te lang zadelpijn hebt wegens absoluut niet meer getraind, nemen we erbij. Zeker omdat het écht wel de bedoeling is om dat stalen ros wat meer van stal te halen.

Intussen is het hier hoe langer hoe meer aan het betrekken: er is regen op komst, maar de dag is te mooi om er niet van te genieten. Het is tijd om naar buiten te trekken, om te ademhalen, om te genieten, om dat winterlijf weer aan het sporten te krijgen. Geniet van deze schone lentedag!

Lente

Boeken, muziek en sport #as we speak

Een “As we speak” is een blogpost waarin je vertelt over je huidige bezigheden. Kleine zaken die je gelukkig, gek of gefrustreerd maken, maar die geen hele blogpost waard zijn. Een verzameling kleine feitjes dus waarin je even halt houdt bij het leven “zoals het is”. Een poging tot een terugkerend rubriekje, geïnspireerd door Lilith van Tales from the Crib.

De weken kabbelen voorbij, we hebben de herfst intussen omarmd, we mochten al eens een uurtje langer slapen, maar schrikken nog elke dag als het ’s avonds weer veel te vroeg donker wordt. De kachel werd zelfs al een keertje aangestoken, we genieten van de kaarsjes en de huiselijke gezelligheid. Er wordt hier de laatste weken ook veel gelezen.

Boeken. De echtgenoot zit nog steeds verdiept in de nieuwste Ken Follett, ik heb intussen “Oorsprong” van Dan Brown al achter de kiezen. Netjes binnen de sprint-week van de bibliotheek. Is het een hoogvlieger? Niet echt, maar het is een typische Dan Brown: het is spannend, er zit wat kunst en geschiedenis doorheen het verhaal verweven en professor Langdon krijgt natuurlijk weer te maken met één of ander godsdienstig genootschap dat het niet helemaal goed meent. Uiteraard krijgt hij daarbij ook hulp van alweer een knappe en intelligente vrouwelijke sidekick. Voorspelbaar, al zat er toch een kleine tech-twist in. Het is een vlot tussendoortje, meer van hetzelfde. Gelukkig doseert Dan Brown marketinggewijs goed. Als hij dit soort boeken bij wijze van spreken jaarlijks op de markt zou brengen, zouden we het al lang beu zijn.

Muziek. Het was al een tijdje geleden, maar zaterdagavond woonde ik samen met een goede vriendin nog eens een concert bij: Royal Blood in de Lotto Arena in Antwerpen. Ik verwachtte er veel van. Ik vond hun debuut knap: onvervalste, strakke rock. Intussen brachten ze een tweede cd uit en die kende ik niet zo héél goed (op de radiohits na).  Voor ons werd het een teleurstelling. “Retestrak” werd het optreden genoemd en dat was nu net het tegenovergestelde van de indruk die wij hadden. Als de gitaar na elk nummer gewisseld wordt, valt de vibe telkens opnieuw stil. Veel nummers werden ook uitgemolken met lang uitgesponnen solo’s of breaks om daarna nog een laatste strofe of refrein in te zetten. Wij hadden niet de indruk dat ze écht met volle goesting op het podium stonden. Toen we de zaal verlieten hoorden we hier en daar wel commentaar van “het beste optreden ooit”. We keken elkaar aan en zeiden quasi tegelijkertijd “bij mij haalt het nog niet eens mijn top 20”. Tja, als je Springsteen, Pearl Jam, U2, REM, Snow Patrol en zovele andere toppers op je concertpalmares hebt, dan ben je verwend natuurlijk.

Fietsvibe. Hier wordt van tijd tot tijd geweldig gesport. Al durft de herfst vaak wel eens een dip inluiden. Dat was ook dit jaar weer het geval. De start van het schooljaar, de drukte en de vermoeidheid zorgden ervoor dat het fietsen nogal vaak geschrapt werd. Maar sinds een paar weken hebben we er weer zin in. Grappig genoeg hangt dit bij mij ook vaak samen met het vinden van een paar betere leesboeken. Als ik écht tijd wil maken om te lezen, kan ik dat evengoed op de hometrainer doen. Als ik dan per sé een boek uit wil hebben, durf ik al eens te overdrijven met dat fietsen. Bovendien vliegt een uurtje sporten zo voorbij als je in een goed boek verdiept bent.

OntbijtWinterfood. Grappig hoe het weer toch voor een stuk ook wel een impact heeft op hetgeen je eet of dat waar je voorkeur naar uitgaat. Het ijsjesseizoen is hier intussen écht wel achter de rug, het bakseizoen heeft zijn intrede gedaan. Bij het ontbijt wordt de granola ’s morgens des te vaker vervangen door warme havermoutpap. Bovendien is de pompelmoes aan een comeback bezig en hebben de aardbeien voorlopig weer afgedaan.

Rond de overschakeling van het zomer- naar het winteruur vind ik die hele herfstperiode maar niks. Maar we zijn intussen even verder: Sint-Maarten is al in het land, Sinterklaas wordt hier en daar ook al eens op een dak gesignaleerd en de eerste lichtjes zijn ook al opgedoken. Stilaan worden er vage plannetjes gemaakt voor wat winter- en feestgezelligheid. En dan krijgt de herfstcharme je toch te pakken. Mij toch 😉.

As we speak: sportief en gezond

Een “As we speak” is een blogpost waarin je vertelt over je huidige bezigheden. Kleine zaken die je gelukkig, gek of gefrustreerd maken, maar die geen hele blogpost waard zijn. Een verzameling kleine feitjes dus waarin je even halt houdt bij het leven “zoals het is”. Een poging tot een terugkerend rubriekje, geïnspireerd door Lilith van Tales from the Crib.

Sportief. De goede voornemens worden stilaan echt wel weer een gewoonte. Het heeft een paar weken gekost, maar intussen heb ik het goede ritme terug te pakken. 4 keer per week fiets ik op de hometrainer. Ik ben begonnen met een uurtje, intussen rijd ik 80 minuten per keer. Afgelopen zondag zat ik zo in de flow dat ik relatief vlotjes de kaap van de 90 minuten rondde. Loopt het elke keer zo vlot? Natuurlijk niet. Op sportief vlak presteer ik duidelijk beter tijdens de ochtenduren dan in een avondsessie. Die probeer ik dan ook zoveel mogelijk te beperken, maar langs de andere kant zal ik nu ook geen uur vroeger opstaan om mijn fietsroutine af te werken. Ik fiets op mijn thuisdagen zoveel mogelijk ’s ochtends en combineer dat met één avondritje.

Gezond. Ook het fruit eten is intussen routine geworden. De truc die het ‘m voor mij deed, was om al mijn fruit bij het ontbijt te verorberen. Als ik thuis ben, begin ik met een pompelmoes. Als ik moet gaan werken, sla ik deze stap over wegens te veel gepruts, te veel gesmos en te veel tijdverlies. Daarna eet ik mijn havermout met noten en chocolade. Aansluitend volgt een fruitslaatje, meestal bestaande uit een banaan, een kiwi en een handvol blauwe bessen. Om dan te eindigen met mijn kopje koffie. Daar waar ik vroeger met moeite 10 uur haalde voor mijn maag weer begon te knorren en smachtte naar zoetigheid, volstaat een handjevol noten rond een uur of 11 om de middag te halen.

OntbijtEen opmerkelijk effect na een maand fruit eten is dat ik opvallend minder trek heb in zoet. Vroeger waren mijn tussendoortjes altijd koeken. “Gezonde” koeken (lees: Grany) uiteraard (dat maakte ik mezelf toch wijs), maar eigenlijk had ik de ganse dag door trek in zoet: koekjes, chocolade,… Intussen ruilde ik de Cola Light voor water (en spuitwater met een smaakje) en eet ik terug fruit, maar is de trek in zoet een pak minder geworden. Enkel een klein stukje chocolade na het eten blijft mijn favoriete zonde. Ook frisdrank zegt me niet meer zoveel, al kan ik wel intens genieten van het ene blikje Finley (pompelmoes-bloedsinaasappel) in het weekend.

Een kilo lichter. Ik wou dat ik kon zeggen dat mijn nieuwe, gezonde levenswijze effect heeft, maar de waarheid is dat het buikgriepje van afgelopen week nog steeds een beetje in mijn lijf hangt. Mijn porties zijn nog altijd een stukje kleiner dan tevoren. Wat dus resulteerde in een kilo gewichtsverlies op een week tijd. Ook het fietsen heeft niet echt een impact op mijn conditie of energiepeil. Het is fijn om te fietsen, het voelt goed om mijn lijf tot het uiterste te drijven en na afloop kan je echt wel wegzinken in zo’n zalige uitputting, maar het is niet zo dat ik me energieker en minder vermoeid voel. Al kan ook dat natuurlijk nog voortvloeien uit de naweeën van het ziek-zijn.

Maar we gaan wel door op de ingeslagen weg. Het is intussen ook al ingesleten in de planning in mijn hoofd: thuisdag = fietsen, ontbijt = fruit. We rekenen op de zon, op rustige vakantiedagen en veel gezonde slaatjes om ook de laatste naweeën van het griepje uit mijn lijf te krijgen. Want april wordt druk: veel feestjes, veel sociale verplichtingen. Daar kijken we naar uit, en dus kunnen we beter maar in topvorm zijn.

Weg met de stappenteller!

Toen mijn smartphone vorige week van de hersteldienst terugkeerde, was hij uiteraard volledig gereset. Ik kon dus meteen alle apps die erop stonden opnieuw opladen. En dat doe je uiteraard snel. Binnen het uur stonden facebook, instagram, wordpress en twitter opnieuw op mijn gsm en was ik weer up and running.

Maar er was één app waar ik wel even over wou nadenken: mijn stappenteller. Ik denk dat die app een klein jaar op mijn gsm gestaan heeft. Ergens vorig jaar in mei of juni heb ik ‘m geïnstalleerd. Op zich vond ik het best een nuttige app. Hij heeft me geleerd dat 10.000 stappen per dag ongelooflijk veel is. Mijn doel (volgens de app) was 6.000 stappen per dag en dat haalde ik enkel op werkdagen, als ik met de trein pendelde en ’s middags ook nog een halfuurtje wandelde. Op thuisdagen kwam ik nog niet in de buurt van mijn 6.000 stappen. Helemaal niet trouwens. Er zat regelmatig een zaterdag of zondag tussen met minder dan 500 stappen. Niet echt schitterend.

Maar je moet dat meteen ook relativeren. Op mijn dagen thuis lag de gsm meestal gewoon op de kast, of stak hij in mijn handtas. Af en toe nam ik mijn telefoon wel eens vast om mijn social media of mijn mail te checken, maar als je druk bezig bent, heb je dat ding niet elk uur in je handen. En dat relativeerde meteen ook mijn “prestaties”. Want ook op thuisdagen ben ik best wel actief bezig: eten koken, de was ophangen, opruimen, van boven naar beneden crossen en nog eens terug,… Alleen heb ik mijn gsm dan uiteraard niet altijd bij en wordt “mijn activiteit” dus niet geregistreerd.

Er waren periodes en dagen dat ik wel mijn best deed, en dan stak ik de gsm een hele dag in mijn broekzak, om toch te kunnen meten hoeveel stappen ik thuis afleg. Of ik stapte nog 5 extra minuten als ik merkte dat ik die dag nog 5 actieve minuten te kort kwam. Maar ik werd het stilaan beu. Ook toen ik mijn fietsroutine een aantal weken geleden nieuw leven in blies, bleek de health app redelijk waardeloos. Aangezien ik mijn trainingen afwerk op een hometrainer, leg ik dus geen kilometers af en registreert de app dus niks. Mijn fietstrainingen van een uurtje, zo’n 4 keer per week, kwamen dus niet in mijn “activiteitenmeter”. En dus kreeg ik berichtjes dat ik “mijn activiteiten moest opkrikken” terwijl ik die dag bijvoorbeeld al een uur gefietst had.

Hoewel dat ding nu bijna een jaar heeft geregistreerd wat ik heb uitgespookt en ik de meeste weken volgens de app “boven het gemiddelde van mijn groep vergelijkbare vrouwen” presteerde, heb ik me niet echt beter, gezonder en/of fitter gevoeld. Integendeel, de app werd eigenlijk “een extra verplichting” en gaf soms extra (mentale) druk “om toch nog 5 minuten te gaan wandelen om alsnog mijn stappen van de dag te halen”.

Toen ik mijn gsm dus opnieuw installeerde, liet ik de stappenteller eraf. Het hoeft voor mij niet meer, ik weet dat ik meer dan genoeg beweeg. En of het toeval is of niet, maar deze week (week nummer 4 van de teruggevonden fietsliefde) presteerde ik uitzonderlijk goed: ik haalde probleemloos telkens de 50 km en zelfs mijn enige avondsessie liep bijzonder vlot. Sinds ik niet meer registreer, is de mentale druk weg, maar sport ik des te beter en voelde ik voor het eerst zelfs iets als een “biker’s high”. Meteen ook alweer een bevestiging van het feit dat ik meer “op gevoel” functioneer dan “op cijfers” ;-).

Op naar een gezonder leven? – deel 2

Halverwege februari nam ik me voor om wat gezonder te gaan leven. Om de goede voornemens voor het nieuwe jaar in de praktijk te brengen. Concreet had ik me toen voorgenomen om meer fruit te eten en terug wat meer te sporten. We zijn nu een kleine maand verder. We hebben de drie weken achter de rug die je blijkbaar nodig hebt om van een goed voornemen een gewoonte te maken. We kunnen dus al een eerste keer evalueren.

Meer fruit eten. Het lukt, vooral dankzij de tip om ’s morgens bij het ontbijt je fruit van de dag te nuttigen. Dat zorgt ervoor dat je meteen al je hele portie binnen hebt, je hoeft dus voor de rest van de dag niet met fruit te sleuren, wat ik eigenlijk nooit deed. Je bananen worden niet geplet in je boekentas, je appels worden niet bruin of beurs en blijven dus smakelijk om te eten. Het maakt de timing ’s morgens wel wat krapper, maar ik heb het ervoor over. Als ik een bullet journal had bijgehouden, had ik elke dag mijn fruitvakje mogen kleuren. Meer fruit eten, check!

Meer sporten. Ook dat is de afgelopen 3 weken weer een gewoonte geworden. Maar niet van harte. En ik ken mezelf, ik heb eerder al goede starten gemaakt, om dan een paar weken later weer af te haken. We zijn er dus nog niet, maar het begin is er. Wat me wel is bijgebleven: ik sport véél liever ’s morgens of in de voormiddag dan ’s avonds. Het fietsen gaat bij het begin van de dag een pak beter dan ’s avonds. Daar waar het uurtje ’s morgens vlotjes voorbijvliegt is het ’s avonds eerder de minuten aftellen. Het tempo ligt ’s morgens ook gewoon een stukje hoger. Telkens opnieuw stel ik me bepaalde doelen (40 km fietsen, 60 minuten trappen), maar ’s morgens slaag ik er makkelijk in om die 40 km te halen binnen de 60 minuten. Bovendien durf ik er dan nog wel eens een schepje bovenop doen: naar 700 kcal of naar 50 km,… ’s Avonds ben ik gewoon blij als ik mijn 40 km haal, ook al moet ik er dan 65 minuten voor trappen.

SomeeGym

(www.someecards.com)

De oplossing is dus simpel: ik moet ervoor zorgen dat ik ’s morgens kan fietsen. Alleen zie ik het niet zitten om daarvoor een uur vroeger op te staan. Er zijn nu eenmaal grenzen aan wat je bereid bent op te offeren voor een gezonder leven – slaap is daar in mijn geval niet bij. Dus probeer ik mijn sessies op mijn vrije dagen zo vroeg mogelijk te plannen en probeer ik nog één avondsessie te verteren. Ook hier heb ik mentaal alle sportvakjes in mijn ingebeelde bullet journal kunnen kleuren de voorbije weken.

Tenslotte heb ik gemerkt dat je automatisch minder snoept als je je ’s morgens vol steekt met fruit. En ’s avonds fietsen helpt dan weer wel tegen de chips-cravings die me wel eens willen overvallen in de zetel voor “De Mol” of “Temptation Island”. Alleen maak ik mezelf dan wijs dat de weegschaal nu net iets meer aangeeft doordat spieren nu éénmaal meer wegen dan vet. Toch? Anders is er ergens in dat gezonder leven toch nog een systeemfoutje geslopen…