Wij hebben ons hart een beetje verloren in Noorwegen. Het was een andere reis dan we gewend zijn (geen Italië ;-)), maar daarom was het zeker niet minder. Het werd een schitterende ervaring, misschien net omdat we (ik) uit onze comfortzone gedwongen werden.
We begonnen met een ferry-overtocht van Kiel (Duitsland) naar Oslo. Onvergetelijk! Als je ooit naar Noorwegen gaat, moet je dit minstens één keer hebben meegemaakt. De ferry is immens, met een winkelstraat en verschillende restaurants. Neem zeker een kajuit met zeezicht en ga van de gratis musical genieten. Wij hadden ongelooflijk veel geluk met het weer: een stralend zonnetje en temperaturen rond de 22 graden maakten dat we een ganse namiddag op het zonnedek konden verblijven, maar je kan er bijvoorbeeld ook met je kinderen gaan zwemmen in de zwemfaciliteiten.
Bovendien vaart de ferry het grootste stuk van de reis in de Oostzee, tussen de verschillende Deense eilandjes door, waardoor je niet alleen de hele overtocht van prachtige landschappen geniet en (bij goed weer) zo goed als geen schommelingen voelt. Alleen ’s nachts, toen we in open zee terecht kwamen, voelde je het deinen van de boot toch wat meer. ’s Morgens ontwaken in de Oslo Fjord is fantastisch. Het is prachtig om op die manier aan te komen: wij keken onze ogen uit en genoten met volle teugen.
Onze Noorse kennismaking begon met 2 dagen citytrip in Oslo. De stad is niet te groot en best wel gezellig. Je loopt van de haven en het Operagebouw over de winkelstraten langs het Noors Parlement, het Radhuset (stadhuis) tot aan het Koninklijk Paleis. Het is een mooie, propere stad en vergis je niet: er lopen toch héél wat toeristen rond. Verschillende cruiseschepen meren er ook aan: op sommige momenten kan het bij de toeristische trekpleisters toch wat druk worden.
Wil je ook wat musea bezoeken, neem dan zeker een Oslo Pass. Wij deden de Nasjonalgalleriet (met “De Schreeuw” van Munch als must see, al kwam ook de impressionist in mij weer aan zijn trekken met verschillende Monets en Cézannes), het Folkemuseet (een soort Noors Bokrijk) en het Vikingshiphuset. Vooral dit laatste is een absolute aanrader, zeker voor fans van “Vikings”. Het is ongelooflijk indrukwekkend om de Vikingschepen (uit Vikings) in het echt te zien. Ze zijn groter dan ik dacht. Bovendien blijft het een geweldige prestatie als je op de map ziet tot waar ze met die primitieve boten allemaal geraakt zijn.
In het Vigelandpark zijn we niet geraakt en dat is zeker een gemis. Een derde dag Oslo had gerust gekund, dan hadden we ook tijd gehad voor dit park vol beeldhouwwerk en hadden we op ons gemakje nog wat kunnen shoppen. Maar een mens moet nu eenmaal nog een reden overhouden voor een terugkeer, niet?