Zeven op zondag: zotte zomer

Wat een fantastische zomer hebben wij achter de rug. Het was hier een tijdje stil, maar we hebben zoveel beleefd, we hebben drie maanden gewoon keihard geleefd. In het moment, zoals ze dat dan zo schoon noemen. Vaak was er geen tijd om te schrijven en soms was er ook geen goesting. Er waren zoveel schone momenten dat we daar met ons hoofd gewoon een foto van genomen hebben en die opgeslagen hebben op onze interne harde schijf. Om daar later, als het leven zijn gewone gangetje terug gaat en de dagdagelijkse sleur het weer overneemt, af en toe naar te kunnen teruggrijpen. Herinneringen van o zo mooie dagen.

IMG_9206Zon. We maken het officieel: ik ben een zonnekind. Geboren in putteke Winter, dat wel, en als kind héél lang dol geweest op het witte, koude en feestelijke van “mijn” decembermaand. Maar intussen van kamp veranderd. De zon geeft het leven gewoon extra glans. En warmte maakt het leven aangenaam. Geef mij – ondanks ondraaglijke zomernachten – toch maar de 36 graden. Eventjes toch.

Zomerrokjes en jurkjes. Heeft er iemand van jullie deze zomer een jeans uit de kast gehaald? Een dikke drie maanden droeg ik alleen maar rokjes, jurkjes en topjes. Hoe zalig is dat? Of korte jeansshortjes. Af en toe combineerde ik zelfs al eens een rokje met sneakers. Al opteerde ik nog het meest voor sandalen. De platte versie. Jaja, zelfs op latere leeftijd kan een mens nog tot de jaren van verstand komen. Het gaat dus echt wel de verkeerde kant op met de glamour in mijn bestaan 😉, maar wat zaten ze gemakkelijk.

Voetbalzotheid. Wat. Een. Geweldig. WK. Voetbal! Deze uitzonderlijk getalenteerde generatie Rode Duivels deed het dan toch. België is nummer 3 van de wereld en daar zijn we ongelooflijk trots op. Al blijft de match tegen de Fransen ook twee maanden later nog altijd een pijnlijke herinnering. We waren gewoon beter, maar ze hebben het slim gespeeld. Eigenlijk hadden we gewoon in die finale moeten staan en dat WK moeten winnen. Binnen twee jaar dan maar op het EK?

Niet alleen de resultaten waren fantastisch, maar wat hebben we genoten van de collectieve zotheid die ons land in zijn greep kreeg. Nu zijn wij altijd wel blijven geloven. Ook in de jaren dat het niet wou lukken. Soms met de moed der wanhoop en vaak tegen beter weten in. Maar het is fijn als je zot kan doen omdat jouw team het gewoon goed doet. Ook al zie je zelf veel te weinig van de matchen omdat a. je bijgelovig bent en denkt dat je ongeluk brengt als je kijkt en b. omdat je gewoon niet goed tegen de spanning kan. En dus heeft vooral onze hond genoten van lange, intense wandelingen tijdens de matchen van de Rode Duivels. Wist je dat de straten opvallend leeg zijn tijdens de matchen van België? En dat je zelfs al wandelend gejuich, gevloek, geroep en getier hoort en je het duel in kwestie niet kan negeren…

Sport. Er was niet alleen het WK voetbal, maar ook het EK atletiek leefde hier in huis. Zeker als het de tweelingbroers Borlée een zilveren en een bronzen medaille oplevert in hun individuele 400 m. Of als Nafi Thiam alweer goud pakt in de veeleisende zevenkamp. Hoe snel zijn we haar topprestaties niet normaal gaan vinden? Terwijl zij nog altijd ongelooflijk jong is. Maar het allerschoonste moment was wel de 4×400 meter bij de mannen. Dat de Borlées na al die jaren zich nog kunnen opladen en telkens opnieuw het beste van zichzelf geven, blijft fantastisch mooi om te zien, maar dat youngster Jonathan Sacoor op zijn eerste grote meeting de Europese kampioen afhoudt en zo een tikje uitdeelt, dat was prachtig. Ik denk dat ze ons tot op straat hebben horen roepen 😉.

Muziek. Er waren héél veel optredens deze zonovergoten zomer. Er waren de Foo Fighters, er was Ed Sheeran, er was Werchter en Pukkelpop. Pearl Jam op Werchter was top. Hét optreden van de zomer. We stonden in het eerste vak, ik zag mijn jeugdidool Eddie Vedder tot op enkele meters, ik genoot met volle teugen van alle muzikale herinneringen, die op sublieme wijze vertolkt werden. Top!

Er was ook Pukkelpop. Wat een fijn festival is dat. Onze oudste ging voor Dua Lipa, wij genoten van Flogging Molly (Geweldig! Als het publiek spontaan begint te volksdansen, dan weet je dat het optreden geslaagd was.) en vooral Tourist LeMC. Zijn optreden was schoon, prachtig, intiem. Hij komt binnenkort in de Lotto Arena, een absolute aanrader!

Lekker eten. Misschien was het te vaak te warm om uitgebreid te koken, maar toch was de zomer overheerlijk. Er stonden veel salades op het menu, er werd vaak gebarbecued en we flansten al eens vaker een snelle pastaschotel in elkaar. Er werd uitgebreid en rustig ontbeten, met veel fruit, een beetje (zelfgemaakte) granola en een kopje latte. Er waren veel aardbeitjes tussendoor, of nectarines. Of ijsjes. Héél veel ijsjes. Er was pizza. Er waren broodjes met mozzarella, tomaat, olijfolie en peper en zout. Of we lieten de tomaat en mozzarella vallen en genoten van warme broodjes met olijfolie, peper en zout. Yummie 😉. Of stapelbroodjes, met restjes van de barbecuegroentjes, en veel augurkjes en ajuintjes. We namen de tijd en aten meestal buiten.

Gezelligheid. Er was zoveel warmte deze zomer. Er waren gezellige uitjes, met zijn tweetjes, met ons gezin, met vrienden. Er was voetbal, er was muziek. Er waren barbecues en feestjes. Er waren logeerpartijtjes in huis en genieten van de dochters en hun gezelschap in huis. Er waren fijne, intense babbels. Er was in stilte naast elkaar zitten op een zonnige zomeravond, lezend in een boek. Er was gelach, geplaag en zotheid. Het was vaak alledaags, en toch zo bijzonder.

De zomer van 2018 was heet, zonovergoten en ongelooflijk gezellig. “Warm” in alle betekenissen van het woord. Kunnen genieten van de kleine dingen is ook een kunst, net als leven in het nu. Dat maakte de zomer van 2018 onvergetelijk.

IMG_9356

 

Advertentie

Opvoeden: theorie vs praktijk (2)

Meteen na het afronden van de laatste #ouderzondenpost, wist ik dat ik verder nog iets rond “opvoeding” en “ouderschap” wou brengen. Het moeilijkste aan opvoeden vind ik – achteraf gezien – het verschil tussen de theorie en de praktijk. Tussen hetgeen je je voorneemt te doen voor je kinderen hebt en hetgeen je effectief doet van zodra je mama bent.

Voor we kinderen hadden, wilden we hen maar al te graag een ruime voedselsmaak meegeven. We wilden hen zoveel mogelijk laten proeven, laten kennismaken met al het lekkers dat de wereld te bieden heeft. Behalve de dingen die we zelf niet lekker vinden uiteraard 😉. Twee jaar lang lukte dat ook wonderwel. De groentenpapjes gingen vlot binnen, zelfs de meest onmogelijke smaken. Zo verwonderde mijn oma zich er telkens opnieuw over dat de oudste dol was op witloofpap en daar ook ongelooflijk veel van binnen speelde. Maar toen kwam de “terrible two” en was het om zeep.

Uit het niets werden de dochters ineens een pak kieskeuriger als het op hun eten aankwam. Veel kieskeuriger! Ineens wilden ze zo goed als niks meer. Alles wat ze tevoren met veel smaak hadden opgegeten, daar trokken ze ineens hun neusjes voor op. En dat uitte zich vooral op het vlak van de gezonde dingen. Van groenten moesten ze ineens zo goed als niks meer weten. En ook bij fruit was het ineens opnieuw van nul beginnen. Gelukkig was er nog de tomaat, ongeveer de enige groente die de dochters altijd zijn blijven lusten. Die ze nog steeds lekker vinden trouwens.

In alle mogelijke opvoedingshandleidingen (voor zover die er al zijn, op papier of op het wereldwijde web) las ik veel (en vaak ook tegenstrijdig) advies. Maar wat wel bleef terugkomen, was dat het een fase was, typisch voor de leeftijd, en dat je moet blijven het voedsel aanbieden. Vooraleer kinderen gewend zijn aan een smaak moeten ze het vaak proeven. En dat hebben we gedaan. Vaak. Tot in het oneindige. Tot in den treure eigenlijk.

Heeft het geholpen? Bah, laat het ons een wisselend succes noemen. Gelukkig kwamen er in de loop der jaren stilaan terug groenten bij. Komkommers, wortelen, sla, boontjes, (koude, ongekookte) bloemkool. We draaiden heel veel groenten in soep, of in de spaghettisaus. Zo kregen de dochters ook al eens een courgette binnen, of een paprika. Ook pompoen- en bloemkoolsoep vinden ze best wel lekker. De oudste lust zelfs witloofsoep. Nog een andere oplossing was broccoli-, spinazie- of wortelpuree. En hen dan omkopen met worst, spek of fishsticks als ze toch maar een hapje groenten wilden eten. Maar er blijven nog altijd groenten over die ze niet meer eten. We hebben bovendien ook altijd tomaten in huis, als reserveoplossing.

We zijn daar eigenlijk heel snel pragmatisch in geworden. Als ze al soep binnen hadden, was ik vooral tevreden dat ze proefden en daarna toch maar hun dagelijkse portie vitamines uit tomaten haalden. Ze aten dan toch al iets gezonds. Dat ze hun neus ophaalden voor het eten dat wij met veel liefde hadden bereid, namen we er dan maar bij. Jarenlang heb ik geprobeerd om hen toch witloof met ham en kaas te leren eten, maar toen de jongste zelfs op haar twaalfde maar bleef kokhalzen van die ene hap die ze toch moest proeven, heb ik het opgegeven.

Wat ook wel eens wou helpen, is jouw kinderen tussen andere kindjes plaatsen en hen dan iets aanbieden dat ze eigenlijk niet echt lusten. “Zien eten doet eten”, en dat werkte écht wel. Dan proefden ze ineens wel van dat groene spul (kiwi) en bleken ze dat toch best lekker te vinden.

Overigens waren het niet alleen gezonde dingen die onze dochters niet wilden. Taart is nog steeds geen hit hier in huis, op de chocomoussetaart van de plaatselijke bakker na. Mama’s cake hebben ze ook pas op latere leeftijd leren waarderen. Eigenlijk pas toen ze zelf begonnen te bakken. Ook met koffiekoeken deed je hen helemaal geen plezier, tenzij je donuts in huis haalde (maar dan alleen de witte met gekleurde spikkeltjes). En de oudste heeft pas voor het eerst roomijs leren appreciëren toen ze in Italië nocciola ontdekte. Ze was toen 13.

witloof_miniAch, we hebben ons er relatief snel bij neergelegd (op het proeven na dan). Onze dochters zijn groot geworden op tomaten. Het zij zo. Gelukkig hebben ze met het ouder worden hun smaakpapillen toch weten uit te breiden. En af en toe slaagden ze erin ons toch te verrassen. Dan bleek de jongste ineens een voorliefde voor olijven ontwikkeld te hebben en moest de mama haar potje olijven bij de Italiaan ineens delen. (Wat toch wel een spijtige zaak was 😉.) Alleen blijft het jammer dat ik mijn voorliefde voor witloof niet heb doorgegeven. Misschien moet ik toch nog eens een poging wagen? Op het Paasmenu, zodat we de dochters kunnen omkopen met paaseitjes?

Vijf op vrijdag: mijn succesrecepten

Boston, baby!, de inspiratiebron voor dit rubriekje, vroeg me bij de start van 40 dagen bloggen wat mijn succesrecept is. Laten we er daar ineens 5 van maken 😉, op vrijdag.

  • Cake. Ik bak al zo lang ik me kan herinneren. In den beginne mochten we va en moe helpen bij het bakken (voornamelijk de potten uitlikken, maar daar was ik dan ook geweldig goed in), maar niet veel later mocht ik zelf ook aan de slag. Cake is makkelijk, omdat je het recept secuur moet volgen. Veel koks vinden net dat héél erg onaangenaam, ik vind het wel iets hebben dat je tot de gram nauwkeurig kan/moet/mag afwegen. Cake is intussen dan ook mijn vaste traktatie bij verjaardagen. En dat is dan meestal cake met kokos, noten en appels (uit Ons Bakboek) of amandelcake met chocolade (uit een Colruyt kookboek).
  • Chocolademousse. Het lievelingsdessert van de jongste dat ik eigenlijk veel te weinig maak. Zij prefereert gemengde chocomousse of witte chocomousse. De rest van ons gezin geeft de voorkeur aan melkchocolademousse. Maar als er potjes overblijven, zal de jongste zich wel opofferen, ongeacht de kleur van de potjes.
  • Pasta. Alle soorten. De jongste heeft een voorkeur voor pasta met prei en zalm (van Jeroen Meus), de oudste verkiest dan weer “Jeroens snelle pastaschotel” of “Penne al forno” (ook Jeroen Meus) en de echtgenoot is dol op Italiaanse balletjes in tomatensaus (Colruyt). Geef mij maar een gewone lasagna alla Nele, al speelt het eigenlijk niet zo’n rol: als het maar pasta is. Tot het iedereen zijn oren uit komt.
  • Witloof. Ik ben een ongelooflijke fan van deze Belgische klassieker en kook er ontzettend graag mee: kipfilets op Brabantse wijze (Colruyt) of witloof met ham en kaas én puree met een korstje (naar een familierecept) of zelfs witloofsoep. Ik maak het graag en lust het nog liever. Jammer genoeg is witloof NIET geliefd bij onze dochters. Tot een jaar geleden moesten ze nog elke keer proeven als het op tafel kwam, in de ijdele hoop dat ze het ooit zouden leren waarderen, maar ik heb het opgegeven. Ze lusten het niet, we voorzien dus een alternatief. Intussen vinden ze het best fijn als mama nog eens plannen maakt voor een ovenschotel witloof. De puree vinden ze wel heerlijk en de nuggets of fish sticks die dan voor hen als alternatief dienen, kunnen ze best pruimen. Laat de witloofschotels dus maar komen 😉.
  • Mattentaarten. Ik bak ontzettend graag en experimenteer regelmatig, vooral met koekjes en gebak. Ook de dochters hebben het bakvirus intussen al te pakken. We maken hier regelmatig biscotti con cornflakes, american cookies, brownies of andere (chocolade)lekkernijen. Mij doe je altijd plezier met mattentaarten, liefst zo vers mogelijk van de bakker. De lekkerste komen sowieso uit Geraardsbergen, en ja hoor, dat proef je, maar ik woon daar nu eenmaal niet (meer) in de buurt. Maar op een bepaald moment dacht ik: “laat ons dat zelf nu ook eens proberen”. En eigenlijk lukt dat best verbazend goed. Als je het bij kleine taartjes houdt. De matten krijg je nooit zo droog als bij een bakker (wat ik toch wel een beetje jammer vind), maar de smaak is absoluut de moeite. Alleen is het een lang uitgesponnen recept en moet je dus écht wel tijd vrijmaken. Voor speciale gelegenheden dus.

baksels-mini

Valt het op dat ik de voorkeur geef aan het zoete boven het zoute 😉? En dat ik gerust op desserts zou kunnen/willen overleven? Maar een mens moet nu eenmaal toch een reden vinden om te blijven sporten, niet?

Klein geluk #4

Een bekentenis: ik doe niet mee aan Klaagvrije Maandag, want ik maak het bij deze officieel: ik ben niet dol op januari. Te druk, te grijs, te winters, te veel ziektekiemen. De voorbije weken hadden we hier allemaal wat last. De oudste bracht een virusje binnen en intussen gingen ook al de mama en de jongste voor de bijl. De echtgenoot is hier “last man standing”.

Bovendien is het officieel: december en januari flirten met het record van de meest zonarme wintermaanden ooit en ik heb daar last van. Mijn vitamine D-niveau moet ongekend laag staan: ik ben al kandidaat voor een extra portie zomerzon, maar ik wil gerust ook tekenen voor eens een weekje winterse vrieskou, met bijhorend zonnetje uiteraard. Maar het ziet er niet naar uit dat we daar de komende dagen/weken op kunnen rekenen.

En toch, zelfs in de grijze bacteriënweelde vonden we toch opnieuw onze portie klein geluk.

20180123_201838[1]

  • Ik ben voor écht aan mijn wintersjaal begonnen. Met mijn handen werken doet mijn denkend koppeke deugd. Resultaat zien van het werk van mijn handen nog meer 😉. Nu nog uitvissen hoe ik op een zo schoon mogelijke manier van de ene bol wol moet overschakelen naar de volgende en dan wordt mijn sjaal mogelijk nog voor het einde van deze winterperiode een feit. Al wil ik meteen tekenen voor een vroege lente en het uitstel van het dragen van mijn eigen sjaal tot volgende winter…
  • Ik ben ongelooflijk fier op mijn dochters en ik kan er vaak zo hard van genieten om hen bezig te zien. Zo vierden we zaterdag een familiefeest en het valt me telkens weer op hoeveel geduld en liefde mijn meisjes hebben voor hun jongere familieleden. De jongste speelde onvermoeibaar verstoppertje en tikkertje (of een combinatie) met haar jongere neefjes. De oudste maakte haar oudste neef warm voor Harry Potter (vol weidse gebaren – het was een genot om dat vanop afstand te mogen observeren) en voerde een hele conversatie met dat kleine achternichtje dat gefascineerd aan haar (knalrode) lippen hing.
  • De eerste goede nachtrust na een aantal onderbroken nachten. Dat kan zo ontzettend veel deugd doen.
  • Eindelijk hebben we nog eens een Belgische tennisspeelster in de halve finales van de Australian Open. Tijdens de topperiode van “onze” Kim en Justine was ik professioneel met sport bezig: dan stond ik ’s nachts op om hun halve finales te volgen en live verslag uit te brengen. Ik heb geweldige herinneringen aan mijn ochtendsessies voor de Australian Open, ondanks het vroege opstaan. Het is en blijft een speciaal sfeertje als je één van de weinigen bent die op dat uur voor tv/computer zit om sportgeschiedenis te beleven. Bovendien is het op dit moment hoogzomer in Australië en dat brengt kleur en zon in de grijze Belgische winter. Laat ons zeggen dat ik nog steeds een boontje heb voor de grand slam down under en dus is het fijn dat Elise Mertens net hier op zo’n schitterende wijze haar neus aan het venster steekt. Een héle seconde lang heb ik zelfs overwogen om op te staan voor haar halve finale donderdagmorgen, maar dat onzinnige plan hebben we meteen opgeborgen: niet alleen wil ik haar sublieme reeks niet verknallen (kwestie van bijgeloof, iets van ongeluk brengen), en we moeten eerlijk zijn: mijn vitamine D-tekort heeft ook baat bij voldoende slaap. Maar wie weet, als ze de finale haalt… Zondagochtend kunnen we toch uitslapen, niet?
  • Gelukkig is de winter ook de periode van witloof met ham en kaas en puree, van cake en koekjes, koffie, latte of warme chocolade. Als je daar vitamine D uit kon halen, dan hoefde de zon niet eens te gaan schijnen, dan had ik nooit een tekort 😉. De winter is gewoon een heerlijk culinair seizoen…
  • Het is leuk om deze duistere periode “licht” te geven door samen te vieren. Of het nu om de traditionele nieuwjaarsfeestjes op het werk of in de familie gaat, of gewoon door samen in de zetel, dicht tegen elkaar aan, een “meidenserie- of -filmavond” te plannen. Dat de virusjes daardoor allicht welig tieren ten huize van, nemen we er dan maar bij.

Hoe je het ook draait of keert, het is intussen alweer 23 januari. De eerste maand van het jaar is al bijna om. Alweer een wintermaand voorbij, stapje voor stapje komen we toch dichter bij de lente. Langzaam, maar zeker. En februari wordt minder grijs!

Vijf op vrijdag: favoriete zomergerechtjes

In de zomer eten wij anders dan in de winter. In de donkere, koude wintermaanden zal ik vaak trek hebben in hartige, zwaardere stoofpotjes of ovenschotels met veel puree en gebakken patatjes, terwijl ik in de zomer liefst licht en luchtig eet. Wat niet altijd “gezond” betekent, maar de kans daarop is in de zomer over het algemeen wel groter dan tijdens de wintermaanden.

Ook het snoepgoed verandert. Als we tijdens de wintermaanden regelmatig cake, brownies of koekjes bakken of af en toe eens vanillepudding koken, dan zullen we in de zomer de ijsmachine al eens vaker uit de kast halen (of de crèmerie in het dorp met een bezoekje vereren). Bakken gebeurt nog wel, maar we gaan de oven niet opwarmen als het sowieso al 35 graden is.

Aangezien we de eerste zonnige dagen achter de rug hebben, en we deze week opvallend meer zomergerechten introduceerden, zullen we onze favorieten eens opsommen in onze Vijf op Vrijdag/Zaterdag (met dank aan Boston, baby! voor de inspiratie).

  1. Mozzarella met tomaten, olijfolie, zout en peper. Uiteraard kan je dit tijdens de wintermaanden ook eten als aperitiefhapje, maar het smaakt nooit beter dan tijdens de zomermaanden, als we verse tomaten mogen meebrengen uit Opa’s tuin. Met buffelmozzarella en smaakvolle olijfolie. Of je moet het in Italië zelf eten natuurlijk, waar de tomaten wel pas in de supermarkt komen als ze al volledig gerijpt zijn (en dus smaak hebben). Wij zijn verwend/verknoeid voor het leven omdat we al heel vroeg het verschil leerden tussen verse smaakbommen uit onze tuin en de slappe, waterige winkelvariant.
  2. Barbecue. Voor mij het excuus bij uitstek om me te buiten te gaan aan verse groentjes. Sla, tomaten, komkommer, bloemkool, boontjes, worteltjes, radijsjes, augurkjes en ajuintjes. Doe er dan nog een koud eitje, een aardappelslaatje of tabouleh bij en ik ben al ruim tevreden. Naar ’t schijnt moet je daar ook nog vlees bij eten. Als het dan toch echt moet, dan geef ik de voorkeur aan een witte pens. Grappig eigenlijk want de rest van het jaar eet ik nooit witte pensen. Ik vind dat eigenlijk alleen lekker met véél groentjes en gegrild op de barbecue.
  3. Koude schotel. Opnieuw een schotel vol groentjes, maar ditmaal aangevuld met het overheerlijke garnaalslaatje van de echtgenoot, gerookte forel en gerookte zalm. Meestal hebben we genoeg voor twee dagen en dan krijg ik de overschot een dag later mee naar het werk. (Anders “offert” de echtgenoot zich meestal op voor onze restjes.) Onze koude schotels zien er ook altijd fantastisch uit: de echtgenoot is een pro in het schikken. En aangezien ik vooral “eet met de ogen”, werkt dat trucje elke keer.
  4. Pizza. Uiteraard eten we ook in de winter pizza, maar toch is het vooral een zomers gerecht. Het was jarenlang de vaste keuze van de oudste op haar verjaardagsfeestjes. Die steevast buiten doorgingen, héél vaak onder een stralend zonnetje. Waarbij de kinderen zich eerst hadden uitgeleefd in het zwembad, of met de waterballonnen. Intussen bakte ik een paar schotels pizza, die we dan buiten, onder de parasol, aan lange tafels verorberden, in fijn gezelschap. Ook onze favoriete keuze in Italië, waar ik de simpele pizza’s leerde verkiezen. Er is niets zo heerlijk als een pizza met olijfolie, ajuin, peper en zout. Of olijfolie, courgette, peper en zout. Of enkel olijfolie en peper en zout. Ja, ik vind een pizza bianca alle verdure (met groentjes) vaak minstens even lekker als de tomatensaus-variant.
  5. Een club-ciabatta. Voor mij hoeft er in de zomer niet per sé gekookt worden. Ik geniet minstens even hard van een vers broodje recht uit de oven. Nog een beetje lauw en knapperig, vol groentjes: sla, tomaten, komkommer, wortelen, een eitje, augurken en ajuintjes. Saus hoeft er niet bij, beleg ook niet per sé, maar een sneetje Hollandse kaas, Italiaanse Parmaham, onze “meesterlijke” hesp of een sneetje gerookte zalm mag gerust. En als we nog boontjes of bloemkool over hebben, prop ik er dat ook tussen. Met de nodige commentaar van de echtgenoot en de kinderen tot gevolg: “het steekt nauw zeker” of “die ene augurk ligt toch écht wel een beetje scheef, daar kan je best nog iets aan doen”.

Toscaans etenEén constante: lekker, vers en vooral véél groentjes, die net dit seizoen bomvol smaak zitten. Laat de zomer dus maar komen, wij zijn er volledig klaar voor. En als de zomer niet wil komen, kunnen we ‘m al in huis halen met onze gerechtjes. Koude schotel morgen? Pizza op maandag?

Waar ik blij van word…

De dagen zonder klagen zijn vandaag gestart. Ook bij mij. Niet dat ik dat ooit 10 dagen op een stuk volhoud. Maar het begin was er vandaag alvast (min of meer). In plaats van uiting te geven aan bepaalde frustraties zal ik deze avond nog eens een “tourke du living” fietsen op mijn hometrainer en maakte ik vandaag, op de Internationale Dag van het Geluk, een lijstje van de (kleine) dingen waar ik gelukkig van word.

  1. De echtgenoot en de dochters. Uiteraard. Mijn grootste bron van geluk.
  2. Uitslapen
  3. Zon en vakantie
  4. Een heerlijk rustig ontbijt met de krant erbij
  5. Een verse mattentaart bij dat ontbijt
  6. Dat éne kopje Caffé Latte ‘s morgens
  7. Rondhangen in pyjama
  8. Mij klaarmaken voor een feest, met alles erop en eraan: mooie kledij, haren en maquillage in orde en dan de blik van de echtgenoot als hij me ziet
  9. Een concert van Bruce Springsteen, Pearl Jam, Snow Patrol,…
  10. Een lang vergeten liedje dat je opeens terug op de radio hoort
  11. Bloemetjes
  12. Chocolade
  13. Het allereerste Italiaanse ijsje op vakantie
  14. Een grapje dat lukt: met uitgestreken gezicht een valse bewering brengen, je toehoorder er laten in trappen en dan al na een paar seconden “strijk gaan”
  15. De jongste kietelen
  16. De laatste knuffel voor het slapengaan
  17. De slapende dochters nog even een kusje gaan geven als ze in hun bed liggen – niets schoners dan de onschuld van je kind
  18. Samen de slappe lach krijgen
  19. Met de dochters en de echtgenoot op uitstap
  20. Bijkletsen met vriendinnen
  21. Headbangen en dansen in het algemeen
  22. In onze tuinzetel met een boek “een kleurke opdoen” in de eerste zon van het jaar
  23. Eindelijk dat éne ding vinden waar je al zo lang naar zocht, of het nu een kledingstuk is, dat éne perfecte paar schoenen, iets voor in huis of een fantastisch mooi boek
  24. Hoge hakken – om op te staan natuurlijk, van erop lopen word je net iets minder gelukkig
  25. Fietsen als je het goede ritme te pakken hebt
  26. Kussen en flirten met de echtgenoot
  27. Mijn zonnebril opzetten
  28. De eerste keer blote benen in de zon
  29. In bed kruipen – van zodra het opgewarmd is
  30. Lege wasmanden en een opgeruimd huis – dat eerste kwartier nadat de kuisvrouw is geweest
happiness

(www.quoteaddicts.com)

As we speak #feestelijk december

Een “As we speak” is een blogpost waarin je vertelt over je huidige bezigheden. Kleine zaken die je gelukkig, gek of gefrustreerd maken, maar die geen hele blogpost waard zijn. Een verzameling kleine feitjes dus waarin je even halt houdt bij het leven “zoals het is”. Een poging tot een terugkerend rubriekje, geïnspireerd door Lilith van Tales from the Crib.

Feesten. Ik ben dol op december: de Sint, mijn verjaardag, Kerstmis, Oudjaar: de reeks feesten is eindeloos en houdt niet op. We mogen de schoentjes vullen, de kerstboom zetten en veel vieren. Zelfs de daarbij horende zoektochten naar de ideale cadeaus vind ik niet erg. Het blijft een uitdaging om telkens weer het juiste geschenkje te vinden voor de dochters, de echtgenoot of de familieleden van wie we de namen trokken. Dat het hoe langer hoe moeilijker wordt nu de dochters stilaan uitgroeien tot dames met een eigen wil en karakter, maar dat het des te fijner is als de verrassing toch slaagt.

Eten. Het was een overdadige maand. We vierden heel wat lekkere feestjes en we werden door de Sint ook weer rijkelijk voorzien van chocolade en ander snoep. We maakten eindelijk komaf met de Cola Light-verslaving (still going strong – 4 weken!). Toch bleek er bij de start van het nieuwe jaar een kilo minder op de weegschaal te prijken. Nochtans is het met het sporten niet zo geweldig gesteld. Zou enkel het afzweren van de Cola Light dat effect hebben, of lag het aan de rust en de geborgenheid van twee weken vakantie?

Sporten. Tja, het fietsen is hier al een paar maanden véél minder. Geen tijd, geen goesting, het komt er niet meer van. Maar er wordt wel gewandeld. We doen hier elke dag wel een poging om de doelen uit onze stappenteller te halen. Meestal lukt dat wel in werkperiodes (van en naar de trein stappen én een middagwandelingetje zorgen voor 60 minuten beweging en 6000 stappen), maar op thuisdagen en in weekends kom ik nog niet in de buurt van mijn opgelegde doel. Dat hebben we deze vakantie gecounterd met uitgebreide wandelingen met de hond. Zij vaarde er wel bij, ik ook. Dat beest is nu wel rotverwend en zal – net als ik – moeten afkicken…

Lezen. Het heeft een tijdje geduurd, maar ik heb deze vakantie eindelijk “Lara” van Anna Pasternak uitgelezen. Over de “verboden” liefde van de Russische schrijver Boris Pasternak voor zijn “minnares en literaire muze Olga Ivinskaja”. Hij schreef voor haar Dokter Zjivago, zij zat voor hem liefst twee keer in een Siberisch werkkamp. Ik kende Boris Pasternak niet echt – een naam uit de literatuurgeschiedenis, meer niet – en herinner me alleen flarden van de film met Omar Sharif. “Lara” is een schrijnend document van een onzekere en verdachte tijd voor een man die willens nillens tegen de stroom in roeit. Maar waar zijn “grote liefde” de prijs voor betaalt. Het boek geeft je een dubbel gevoel: ik heb bewondering voor zijn onbuigzaamheid ten opzichte van het regime waarin hij leefde en de risico’s die hij neemt voor zijn literaire werk. Maar tegelijkertijd vind ik hem ook laf en egoïstisch omdat hij “de liefde van zijn leven” niet erkent en beschermt. Ik heb wel Dokter Zjivago op mijn leeslijst gezet voor 2017.

Kijken. We hebben deze vakantie samen met de dochters heel wat oude “romantische” films uit de bibliotheek gehaald en bekeken. Een gat in hun cultuur dat dringend opgevuld diende te worden ;-). Robin Hood (met Kevin Kostner) was een voltreffer: onze dochters leefden intens mee: het was véél te spannend. Zorro (met Antonio Banderas) viel echter door de mand. Best wel grappig, maar wat licht.

img_7674Uitstapjes. We bezochten de Harry Potter Expo in Brussel, wandelden tot aan het Atomium en bewonderden ons Belgische monument. Er met de wagen onderdoor rijden, geeft echt wel een kick. De bollen voor het eerst in de verte spotten ook. Het blinkt écht wel schoon. En zeggen dat dat ding eigenlijk had moeten afgebroken worden na Expo 1958. We bezochten Hasselt, Leuven en Antwerpen. We shopten wat, maar we genoten vooral van onze tijd samen. Wat hebben we toch een schoon en divers land!

Genieten. Van onze kerstvakantie. Van onze tijd samen. Van uitslapen. Van babbelen en lachen. Van feestjes. Van samenzijn. Van wandelingetjes met de hond en de dochters. Van (oude) films kijken met de dochters. Van lekker eten. Van het lezen van een boek, elk in zijn eigen zetel. Om langzaam te ontwaken, uitgebreid te ontbijten en de tijd te nemen voor de krant. Soms doet het zo’n deugd om je terug te trekken in je eigen kringetje. Om heel even de wereld buiten te sluiten.

Maar het zit er weer op. De batterijtjes zijn opgeladen, we zijn klaar om uit ons coconnetje te komen en het nieuwe jaar aan te vatten. School en werk. Veel te snel zullen we ons weer laten meeslepen door de drukte en de sleur van het alledaagse. Maar voorlopig kunnen we er weer even tegen en zijn we klaar voor de uitdagingen die op ons wachten. We kijken er stiekem ook een beetje naar uit. Maar vandaag nog heel even niet…

Toscane: de geliefde bekende.

Onze eerste week vakantie in Italië brachten we door in Toscane, intussen al voor de vijfde keer. We kennen de streek, we kennen onze agriturismo, we kennen de eigenaar, we kennen zelfs de stadjes in de omgeving. En toch verveelt het niet. Toch is het telkens opnieuw de eerste bestemming die de kinderen opperen wanneer we over onze vakantieplannen beginnen te praten.

Het is er mooi weer. In de vijf jaar dat we er logeerden hebben we er anderhalve dag minder weer gehad. Het heeft er ooit eens een nacht en een voormiddag gestormd. Dat was de avond van de halve finale tussen Nederland en Argentinië op het WK 2014 in Brazilië en de echtgenoot was samen met onze Noorse vriend de heuvel op geklommen om de match te gaan bekijken. Het werd een lange match, want het draaide uit op verlengingen en strafschoppen en eigenlijk bleek er die avond ook niet veel te zien, vertelde de echtgenoot achteraf. Het onweer dat we in de verte hoorden rommelen, kon niet op het einde van de match wachten. En dus moesten de echtgenoot en de Noorse vriend de heuvel af in hels weer. Een zanderige steile heuvel verandert na een regenbui in een gladde, glibberige modderpoel. Een halfuurtje na de match stond er dan ook een modderduivel voor de deur van ons appartementje. Door en door nat en verschrikkelijk vuil. De volgende morgen was het grijs, viel er nog wat regen en was het vooral héél erg winderig. Geen zwembadweertje dus. De enige mindere dagen in de 8 weken die we er al doorbrachten.

Je ontmoet er fijne mensen. Ergens terugkeren waar je al geweest bent, zorgt ervoor dat je weleens mensen opnieuw tegenkomt die er een jaar eerder ook al waren. Dat kan meevallen, dat kan tegenvallen, maar in ons geval was het een fikse meevaller. Toen we er het eerste jaar logeerden, ontmoette de jongste een Noors meisje, waar ze een hele week mee doorbracht. Ook tussen beide ouderparen klikte het. Intussen brachten we al voor de vierde keer tijd samen door in Toscane en het blijft telkens opnieuw een fijn weerzien. Voor ons hoort het intussen bij Toscane: Noorse ontmoetingen. Ook de oudste vond dit jaar aansluiting bij een internationaal groepje jongeren. Er werd lang gebabbeld, er werd genoten van elkaars gezelschap. Maar er is ook een keerzijde: het maakt het moeilijker om te vertrekken. Dit jaar vertrokken wij als eersten. Zij zouden nog een weekje blijven. En dan is het moeilijk om de knop om te draaien, zeker als het fijne dagen waren. Dan vloeien er wel eens traantjes bij de dames des huizes.

Het bekende geeft rust. Weten waar je terecht komt, weten hoe ver je moet rijden, waar de winkels zijn, welke stadjes je opnieuw wil bezoeken, waar je lekker kan eten voor een eerlijke prijs, dat geeft mij rust. Ik heb soms echt wel last van reisstress: de lange rit, het pakken, hoe zal het er zijn: is het (min of meer) proper, zal er gezelschap zijn voor de kinderen, is het er rustig genoeg om goed te kunnen slapen? De avond voor we voor het eerst alleen met ons gezinnetje naar het buitenland zouden trekken, stelden ook onze dochters de vraag “of het allemaal wel zou meevallen en of ze wel andere vriendjes zouden ontmoeten”. Hier weten we zeker dat er andere kinderen zullen zijn, dat de communicatie na een paar dagen toch op gang komt en dat het allemaal wel losloopt. Voor mij is de vakantie dan ook geslaagd als ik mijn meisjes zie genieten. Als ze contact leggen, als ik hen hoor praten en spelen. Als ze ’s avonds niet lang genoeg buiten kunnen blijven “want de anderen zijn daar ook nog”. Als ik hun ogen zie blinken na alweer een geweldige dag. Als een uitstapje niet per sé hoeft, “want de rest blijft vandaag ook hier en we hadden afgesproken”…

De feestjes zijn zalig én lekker. 3 keer per week organiseert de eigenaar een feestje in het hoofdhuis, waar alle gasten welkom zijn. “Welcome party, pizza party en pasta party”. Het eten is eenvoudig, maar overheerlijk. Bovendien wordt er gedanst, gezongen, of samen naar het EK voetbal gekeken. Het is een geweldige ijsbreker, zeker als blijkt dat je voor én na de feestjes allemaal samen diezelfde heuvel moet beklimmen of afdalen. De beste manier om in contact te komen, om kennis te maken of om bij te praten. Voor een mama is er niks mooiers dan de dochters voor of achter haar zien of horen tateren.

Ze spreken er Italiaans. Ik weet dat bovenstaande dingen ook elders te vinden zijn, in Frankrijk, Spanje, Griekenland, Portugal of een eilandje in de Middellandse Zee. Maar hier komt de Italianist in mij 2 weken aan zijn trekken. Italiaans horen, pogingen doen om het te spreken, ik geniet ervan. Het hoort bij vakantie. Engelse antwoorden krijgen omdat ook zij hun vreemde taal willen oefenen en omdat ze blijkbaar héél erg duidelijk horen dat je toerist bent, nemen we er dan maar bij.

Voor ons is Toscane rust en genieten. Al 5 jaar lang. Al wordt het nu misschien wel tijd dat we een ander stukje wereld zien. De echtgenoot heeft het soms wel wat gehad met de Italiaanse chaos, het domani-principe (morgen is er nog een dag), het verkeer, de heuvels (het draaien en keren, de concentratie), altijd weer pizza en pasta of ijsjes. Misschien wordt het nu echt wel tijd om onze Noorse vrienden in eigen land een bezoekje te brengen ;-).

Toscane 2016

Een beetje Italië in België

We zijn terug in het land. Onze jaarlijkse vakantie zit er jammer genoeg op. 2 weken Italië en we hebben met volle teugen genoten. Van het weer, het lekkere eten, de ijsjes, het zwembad, de uitstapjes, het gezelschap en van elkaar. Een verslag, onze hoogtepunten en mindere belevenissen, de vakantieversies van mijn “Stommiteiten”,… volgen zeker nog de komende weken.

Maar wat een terugkeer! Voor één keer kwamen we niet in een temperatuurshock terecht, maar kregen we bij onze thuiskomst Italiaanse temperaturen. Kwestie van de overgang dit keer wel verteerbaar te maken. Dat was de voorbije jaren wel eens anders, met als triest dieptepunt die keer dat we in Turkije vakantie vierden, er vertrokken met bijna 40 graden en een dagje later ontwaakten bij een Belgisch grijze 12 graden.

IMG_6970Bovendien hebben wij hier wel meer trucjes om het vakantiegevoel nog even te laten doorleven. Vakantiesouvenirs hadden we dit jaar niet meer bij. De kinderen hebben geen Italiaans T-shirt of zilveren oorhangertjes gekozen op één of ander marktje of bij één of ander stadsbezoek. Een T-shirt dat ze in eerste instantie met veel enthousiasme aan iedereen showen, maar dat na de zomervakantie vrij snel ergens in een hoekje van hun kleerkast terecht komt om nooit meer op te duiken. Te veel vakantiesfeer, niet geschikt voor op school en een jaar later blijken ze er helemaal uitgegroeid. Als dat fantastische T-shirt al de Belgische after-reis-was overleeft, want ook dat is niet altijd een zekerheid.

Of de oorringetjes, die “gespaard” worden voor de speciale gelegenheden, maar waar na één lange, intense feestavond toch van blijkt dat onze dochters er allergisch op reageren. En de hangertjes dus toch geen “echt zilver” blijken te zijn, ook al was de verkoper op het marktje héél erg zeker van zijn stuk. Of die helemaal verkleurd blijken te zijn na een douchebeurt, waarop we samen beslissen dat groen uitgeslagen oorbellen misschien toch niet de meest ideale keuze zijn voor meisjes met een heel gevoelige huid.

Dit jaar brachten we uit onze agriturismo wel zelfgemaakte wijn, olijfolie en pasta mee. Zodat we ook de komende weken af en toe nog eens Italië op ons bord kunnen brengen. Of van een mooie zomeravond genieten met een heerlijk glaasje witte wijn. Al mag de pasta van de echtgenoot en de dochters nog wel even in de kast blijven. Na 2 weken Italiaans eten hebben mijn huisgenoten hier even behoefte aan normale Belgische kost. Wat ik wel begrijp, maar ergens ook jammer vind.

Toen we lang geleden, in het vijfde middelbaar, op Romereis gingen, bleek ik al de enige te zijn die het absoluut niet erg vond dat er bij terugkeer een lasagne op het menu stond. Daar waar de jaargenoten al dagen aan het fantaseren waren over de gerechten die ze in België wilden eten, genoot ik intens van al dat Italiaans heerlijks en mocht dat voor mij gerust nog even blijven duren. Ik had ook absoluut geen nood aan het McDonald’s-uitstapje in Rome waar iedereen naar aftelde. Maar volgende week zijn we al 10 dagen terug thuis, dan wordt het  dringend tijd om nog eens wat Italiaans op ons menu te zetten. Toch?

Ook ontbijten doe ik momenteel nog altijd op zijn Italiaans. Vorig jaar ontdekte ik de ontbijtgranen van “Gran Cereale”. Al bij ons eerste Coop-bezoekje bleek dat ze dit jaar hun gamma zelfs nog uitgebreid hebben, met een chocoladeversie. Zalig! En dus sloeg ik meteen een voorraadje in, sleurden we dat mee de Alpen over en kan ik me ’s morgens nog even in Italië wanen als ik in onze veranda geniet van de Belgische zomer. Jammer genoeg zijn die dingen maar beperkt houdbaar en dus zal ik binnen een paar weken weer moeten overschakelen naar het Belgisch brood of de Amerikaanse graanvarianten.

Maar tegen dan is het “dolce far niente-gevoel” allicht ook al uit mijn systeem en word ik weer helemaal in de Belgische hectiek gezogen. Ook al nemen we ons elk jaar voor om toch een beetje Italiaanse rust te behouden, om toch wat meer te genieten, om onze pauzeknop van op vakantie ook tijdens het jaar wat meer te activeren. En ach, misschien duren mooie liedjes niet lang, maar we doen toch weer een poging. De wijn staat hier al koud ;-).

As we speak #mei

Een “As we speak” is een blogpost waarin je vertelt over je huidige bezigheden. Kleine zaken die je gelukkig, gek of gefrustreerd maken, maar die geen hele blogpost waard zijn. Een verzameling kleine feitjes dus waarin je even halt houdt bij het leven “zoals het is”. Een poging tot een terugkerend rubriekje, geïnspireerd door Lilith van Tales from the Crib.

Genieten. Van het zonnetje dat even geweldig haar best deed. En dat net in het lange weekend. Gek hoeveel schoner het leven is als de zon schijnt. Hoe meer energie een mens heeft als dat hele lijf niet bezig is met de interne chauffage op 24 graden te houden ;-). Hoeveel deugd het doet na een lange winter om weer t-shirts, jurkjes en rokjes boven te halen en de eerste zon op je lijf te voelen. Om met een boekje in de ligzetel in de tuin te gaan zitten. Om een zonnebril op je neus te hebben. Om de hometrainer buiten te rijden en daar je uurtje training af te werken. In de schaduw van de notenboom, maar toch je sporttopje erin gebrand zien staan. Een heel weekend door wassen en plassen, toch al fluitend, alleen maar omdat het zonnetje schijnt.

veranda

(Foto Aldera)

Genieten van onze veranda. Na amper een weekje zalig weer de nieuwe tuinkamer niet meer kunnen missen. Ontbijten, lunchen en dineren in de eetkamer (omdat die toevallig in de tuinkamer staat). Absoluut niet meer begrijpen waarom je zolang getwijfeld hebt of je dat ding wel zou zetten. Telkens opnieuw tegen de echtgenoot verzuchten dat het toch een zalige kamer is. Ook met de ramen wagenwijd open. ’s Avonds het huis laten afkoelen door de ramen nog een tijdje te laten openstaan en toch een pak minder last hebben van muggen en vliegen omdat het vliegenraam alles tegenhoudt. Nu al veruit onze favoriete plek in huis en dan zijn onze leeszeteltjes nog niet gearriveerd. We hebben er 2 besteld, wedden dat het vechten wordt voor een plekje? En dat wij opgelucht zullen zijn als de kinderen eindelijk in bed liggen en wij het leeshoekje eens voor onszelf zullen kunnen opeisen?

Eten. Hoogtepunt deze maand was vast en zeker de brunch voor Moederdag bij Bar Muza in Lier. Al was het hele Hemelvaartweekend culinair dik in orde, met een paar barbecues en een delicieus etentje met de echtgenoot. Het was te merken aan de weegschaal ook. En omdat de bikinistress met het mooie weer toch ook begon toe te slaan, zijn we wat gezonder beginnen eten, hebben we de porties een beetje verkleind en zijn we terug aan het sporten. Gelukkig is het slaatjes-weer, wat ik heerlijk vind als de zon schijnt. Al zeggen we nooit neen tegen een lekkere pasta. Of een zalig ijsje. Of zelfgemaakte koekjes. Laat het duidelijk zijn, na een paar moeilijkere maanden is de eetlust helemaal terug.

Sporten. Tja, en als de eetlust terug is en het eindelijk jurkjes- en rokjesweer is, dan moet je sporten. Ik heb mijn fietstrainingen weer opgedreven (naar minstens 4 per week) en heb een stappenteller geïnstalleerd. Het is nog nieuw en die medailles motiveren me eigenlijk wel. En dus doe ik tijdens de middagpauze al eens een wandelingetje en ga ik al eens met de echtgenoot de hond mee uitlaten. Om daarna als een kind zo blij te zijn als mijn telefoon mij een medaille geeft omdat ik mijn “stappen” of “actieve minuten” van de dag gehaald heb. Of, de allerbeste, de medaille voor de “meest actieve dag ooit”. Ik heb me laten vangen door de gezondheidsmaffia, ik weet het, maar mijn lijf kan er maar goed bij varen. En tegen september is het nieuwe eraf en zoek ik een nieuwe hobby. (Dan hoef ik ook even niet meer in mijn bikini’s te passen.)

Culturele uitstapjes. Deze maand woonden we nog eens een theatervoorstelling bij. De echtgenoot-leraar doet dat wel vaker, maar voor mij komt het er niet meer zo vaak van. En ergens had ik het wel gemist. We woonden “Het gelukzalige” bij, van Olympique Dramatique. Met o.a. Tom Dewispelaere, Geert Van Rampelberg en Ben Segers. Niet van de minsten, maar toch viel het stuk mij een beetje tegen. Het was vervreemdend en was voorbij voor we er erg in hadden. Letterlijk. Toen de acteurs hun buiging kwamen maken, dacht ik eerst dat het pauze was. En heb ik toch wel een paar keer aan de echtgenoot moeten vragen: “Is het gedaan? Echt?” Maar na een paar buigingen verlieten de auteurs de scène en begon het publiek de zaal te verlaten. We waren dan ook héél snel terug bij de babysit. De echtgenoot vond het ook sneu: hij had de afgelopen jaren een paar héél goede stukken van dit gezelschap mogen bijwonen, maar dit was duidelijk het minste.

Lezen. We kunnen heel kort zijn: niets dat de moeite van het vermelden waard is. Ik denk dat ik al in een soort van spaarstand aan het gaan ben. Een kort winterslaapje voor de meest intense leesperiode van het jaar. De vakantie is op komst en dan nemen we véél boeken mee. Momenteel beleef ik de voorpret: ik leg leeslijstjes aan en er staan al een paar boeken klaar die ik “opspaar” voor de zomerperiode. En dus herlezen we onze romannetjes of duiken we in Libelle, de krant of (Weekend) Knack.

Kijken. Het zomerseizoen is duidelijk begonnen: de grote, geweldige reeksen zitten erop. Maar ook het lichtere entertainment kunnen wij aan het einde van een zware werkdag of werkweek wel eens appreciëren. Met de dochters zijn we hier fan van “Jani gaat” of “Duivelse vrouwen”. De aflevering dat Jani “mama” werd, is hier in huis fel gesmaakt. De dochters gierden het uit bij de dolle belevenissen van mama Jani. Alleen al daarom is het programma de moeite waard. (Al kijk ik misschien evenveel naar de dochters, maar kom.) En met “Duivelse vrouwen” komen wij stilaan in de EK-sfeer. Bijna, nog 3 weken, en dan kunnen we onze België-gadgets weer boven halen. Ik kijk er nu al naar uit. En naar de spannende matchen zelf ook, natuurlijk!

Ruiken. Niet alleen kreeg ik van de echtgenoot een mooie ruiker bloemen voor Moederdag, maar ook mijn ouders brachten een ruikertje seringen-uit-de-eigen-tuin mee. Meer dan een week lang rook ik elke morgen opnieuw die intense zoete geur bij het binnenstappen in de veranda. En telkens opnieuw bracht dat herinneringen aan de boom die in mijn ouderlijk huis net voor de keuken stond. Vroeger waren het paarse seringen, nu witte. De kleur was het niet helemaal, maar die geur… Elke ochtend opnieuw even terug naar mijn kindertijd. Een heel fijne manier om de dag te beginnen.

Supporteren. Niets schattiger dan het oudste metekind die voor een andere ploeg supportert dan zijn papa en “weigert” mee te vieren als de ploeg van de papa kampioen speelt. Op de vraag of hij voor de Rode Duivels supportert een volmondig “ja” krijgen. “En ook voor zijn dorpje.” En de Buffalo’s dus. En als meter stiekem blij zijn dat er al zoveel karakter inzit.

Zingen. Met het kleinste metekindje. In het Wammeks dialect je jeugdliedjes opnieuw bovenhalen en volledig gecharmeerd worden als hij zo goed als klankcorrect meezingt. Of hem vol enthousiasme zijn K3-repertoire horen bovenhalen. Compleet verkocht zijn als hij “Meter Nele” zegt, met de Franse “r”.

Lachen. Met de dochters en de echtgenoot. Samen tv kijken en de slappe lach krijgen. Elkaar belevenissen vertellen en dezelfde (flauwe) humor delen. Ja, het is een familietrekje en wij vinden het soms wel heel grappig samen.

Je eigen “As we speak” nalezen en heel goed beseffen dat je gezegend bent. Dat het wel een drukke maand was, professioneel gezien dan, zowel voor mezelf als voor de echtgenoot, maar er desondanks in geslaagd zijn om te genieten van de momenten die er waren. Voldoening halen uit de kleine dingen des levens, het is me vaak niet gegeven. Maar deze mooie maand lukte het meestal wel en dat gaf ongelooflijk veel energie. Op naar de volgende!