Al een tijdje waren wij op zoek naar leuke en speelse tafelbedekking. Daarvoor moet je blijkbaar op de markt zijn en dus trok ik vrijdag tijdens mijn middagpauze naar de markt in Leuven, op zoek naar “toile cirée” en een boeketje tulpen.
Geen probleem om het kraam te vinden en ook geen probleem om iets leuks te vinden. Toen de marktkramer me voorstelde om het op te rollen “want anders krijg je vouwen”, zei ik dan ook volmondig ja. Tot hij een kartonnen buis bovenhaalde en mijn keuzes er rond rolde. Toen dacht ik al dat ik het niet meteen praktisch had aangepakt. Want de toile cirée heeft een breedte van 1m40. De opgerolde versie dus ook. In een zakje raak je dat niet meteen kwijt.
Ik liet het boeketje tulpen dus maar voor wat het was en nam de rol onder mijn arm mee naar het werk. Gelukkig hoefde ik niet al te ver. Maar ik besefte meteen dat ik het misschien toch iets beter had overdacht. Ik moest dat ding immers nog thuis krijgen, met de trein!
Tegen ’s avonds had ik verschillende oplossingen zitten bedenken, maar aangezien ik niet van plan was de rol achter te laten op het werk (van een nieuwe aankoop moet je onmiddellijk genieten, niet?), had ik geen andere optie dan het ding onder de arm te nemen om mijn tien minuutjes naar het station te lopen. Heel grappig om de gezichten van de tegenliggers te zien, trouwens.
Op de trein heb ik de rol maar in de zetel naast mij gezet. Intussen was ik al immuun voor alle blikken. Maar toen ik in Heist van de trein stapte, was het weer hilarisch. Stel je voor dat je het zebrapad oversteekt met een rol van 1m40 dwars, net op het drukste moment en je dus aan twee kanten een rij wachtende auto’s dient te trotseren.
Thuis hielp de jongste een handje om onze beide tafels te voorzien. Vooral de tafelbekleding in de keuken vond ze zalig. Voor de eetkamer had ik het een klein beetje discreet gehouden, met als versiering een klein bloemetje. Maar voor onze keuken koos ik een iets opzichtiger ontwerp. “De familie Kiekens”, meende de jongste. “Grappig”, vond de oudste. De echtgenoot zag ik gewoon denken “altijd al geweten dat ik met een bende kiekens opgescheept zat, nu ook helemaal…”
En laat de marktkramer nu net de kippetjes aan de buitenkant gerold hebben, met de print schoon naar buiten gericht. Liep ik dus met een rol… kippen van 1 m40 door de stad, zat ik ermee op de trein en kon ik dan ook nog eens een wachtende rij auto’s passeren. Ach ja. Iemand moet voor de vrolijke noot zorgen. Toch?